-1 5-
In Dover aangekomen, gingen eerst de krijgsgevangenen
van boord. Zij werden ergens vastgezet.
Er was slechts één passagier aan boord: een jood met
een bochel. De bochel bestond uit bankpapier
Zodra we aan wal waren, moesten we van de Engelsen
onze wapens inleveren. Toen ze mijn geweer zagen,
lagen ze krom van de lach.
Vervolgens werden we, vijfendertig man sterk, vastge
zet in een kazerne. Eerst moest worden uitgezocht of
we wel zuiver op de graat waren en of er geen val
strik in het spel was. Dit onderzoek duurde een week
en toen wisten de Engelsen dat ze ons konden vertrou
wen
Bezittingen hadden we niet:
Alles bijelkaar had ik f 1,25.
Niemand had meer sigaretten.
We hadden letterlijk niets bij ons.
Ik trok meestal op met een vast groepje, een man of
vijf-zes groot, allen behorend tot dezelfde batterij.
Voor het weinige geld dat we hadden kochten we het
allernodigstezoals een tandenborstel en een kam.
Maar we hadden ook erge trek in een pilsje We vonden
ergens een cafeetje waar een Hollandse mevrouw de
scepter zwaaide. We dronken daar ieder een of twee
biertjes. Toen zeiden de mannen: "Jan, reken jij af
Ik ging met de pet rond en haalde op wat ieder nog
over had. Dat gaf ik aan die mevrouw met de woorden:
"Dit is alles wat we nog hebben." Zij vond dat het
lang niet genoeg was en mopperend streek ze alles op.
Later vertrokken we uit Dover naar Londen.
Daar kregen we onderdak in een Leger-des-Heils gebouw.
We werden er prima verzorgd. Alleen waren de Engelsen
gewoon om veel lichter te eten dan wij en zodoende
liepen we vaak met de honger in de hals. Een luite
nant, die nog over enig geld beschikte, ging daarom
iets voor ons te eten kopen: Koek - Allerhande
En daar voerde hij ons mee.
Gelukkig hoorden we al gauw dat we als proef een voor
schot van 17 shillings zouden krijgen. Een shilling
was in die tijd ongeveer even veel waard als een Hol
landse gulden en een pakje sigaretten kon je toen nog
voor 15 cent kopen.