-187-
Bij gebrek aan springstoffen wordt het ophaalmechanisme met behulp van
flessen fosfor onklaar gemaakt. Het resultaat is, dat de brugwachter in het
vervolg met de hand de brug op moet zwengelen.
Een tweede en derde sabotage op het vitale traject den Helder-Afkmaar
worden door de RVV van Alkmaar uitgevoerd. De opdracht om de baan op
twee plaatsen op te blazen wordt op een nacht in september '44 om 3 uur
uitgevoerd door twee ploegen van vier man elk. De ene brengt een spring
stoflading aan bij de Boterhuizenspoorbrug, de andere bij het bruggetje bij
het Meertje van Leyen. Om kwart voor zeven ontsporen twee wagons van
de Wehrmachtstrein bij de spoorbrug, 's middags om half 5 springt de ande
re lading. Drie dagen lang is het baanvak onbruikbaar.
Als represaille wordt op 13 september het huis van Wiering, aan de weg
naar Broek op Langendijk tegenover de molen van Jong, in brand gestoken,
benevens een paar huizen in de Heerhugowaard.
Na een aanslag op 9 october tussen Alkmaar en Sint-Pancras worden het
huis van de ouders van Cor en Thijs de Pee in Sint-Pancras en drie huizen
langs de Hoornse vaart in brand gestoken. Die ouders de Pee vinden de
ruïne als zij van een tochtje naar Amsterdam thuiskomen. In het ernaast
staande huis van J. Wagenaar Czoon worden handgranaten naar binnen ge
gooid en wordt de inboedel kort en klein geslagen.
Het lijkt nuttig hier even een korte herinnering te geven van de voor
geschiedenis van de Alkmaarse RVV. Wij gaan uit van de gegevens dcor Jan
van Baar verstrekt in zijn Werkstuk VL-VLU, Amsterdam, 1978.
De illegaal geworden CPN (Communistische Partij Nederland) had voorlopig
zijn aandacht geconcentreerd op het werken rond de illegale krant 'De
Waarheid" en was verdeeld in Waarheidsgroepen.
Eind zomer 1940 zond Jaap Brandenburg, instructeur van de CPN. eer. groep
van zes man naar Leeuwarden, om daar sabotages te verrichten. Vanaf het
vliegveld daar startten nachtelijke bombardementsvluchten naar Engeland.
Mede dank zij de hulp van Friese en Drentse CPN'ers werd schade
toegebracht.
Maar rond de jaarwisseling '40-'41 moest dit werk gestaakt worden wegens
verhoogde waakzaamheid van de Duitsers. Een deel van de Noordhollanders
kwam weer naar Alkmaar terug.
In april '41 starten daar de plaatselijke verzetsactiviteiten.
Naast de Waarheidsgroep verzamelen zich op initiatief van de CPN in mei
'41 mensen die zich tot taak stellen om bonkaarten, persoonsbewijzen en
geld te bemachtigen en te verdelen. Voorlopig alleen nog via contacten.
Deze groep, met een vaste kern van acht a negen mensen van de meest
uiteenlopende politieke en religieuze gezindten die zich rekenen tot de zg.
progressieve groepen, draagt mogelijk van het begin af reeds het karakter