-178-
Voor het vervoer van de spullen stelt bakker Gert Groot, aan het zuideinde,
zijn bakfiets beschikbaar. Roel vlijt zich 's nachts in een gat onder de zol
dervloer tussen de wapens en munitie.
Eind '44 krijgt Jaap Zeeman het bericht dat de Duitsers een grote razzia
hebben gehouden bij een zuurkoolfabriek in Noord-Scharwoude. Op klaar
lichte dag wordt een aantal jongens van zijn KP opgetrommeld. Via het
Wuiver, het Kerkepad, lopen die naar het weggedeelte tussen de de
Huygendijk en de Kerkebrug, om zich in daar door de Duitsers aangelegde
schuttersputjes te nestelen. Overal langs de wegen zijn deze mansdiepe
putjes te vinden, meestal echt durchorganisiert aangegeven met een bordje
Einmannsdeckungsloch' en afgedekt met een houten deksel.
Er gaat zelfs een eerste-hulp verlener, de timmerman maar ook voormalig
leger-hospik Gerrit Staa, met de jongens mee.
De opdracht is, de Duitse vrachtauto's die de gevangenen transporteren zo
dicht mogelijk te laten naderen, waarna ieder voor zich de dichtstbijzijnde
auto tot stoppen moet dwingen door de banden lek te schieten, evenals
(zoals Bert Benedick het uitdrukt) de begeleidende bewaking. Zo zal aan de
gevangenen de gelegenheid worden gegeven te ontsnappen. Gelukkig is het
niet tot een treffen gekomen, daar de Duitsers voor de terugweg een
andere route hadden gekozen.
De volgende dag staan twee leden van de groep van Jaap Zeeman bi; diens
huis te praten over werk dat gedaan moet worden. Twee anderen, die de de
vorige dag in een putje voorlopig achtergelaten wapens in kleine jute
zakken hebben opgehaald, voegen zich bij hen. Opeens roept een van hen:
Verrek, de moffen! Vanaf richting Alkmaar komt een legervrachtauto aan
en draait Oudorp binnen. Jaap Zeeman heeft gauw een paar houweien en
een spa uitgedeeld en in een wip is er een paar meter van zijn ligusterhaag
uitgegraven. Dit moet dienen om eventueel een rechtvaardiging te Kunnen
geven van hun aanwezigheid ter plaatse tegenover de Duitsers. De vracht
auto is ondertussen bij hen aangekomen en eraf gesprongen moffen eisen:
Papiere! Allen kunnen het bewijs tonen van hun vrijstelling van verdichte
tewerkstelling, wegens onmisbaarheid in hun activiteit voor de voedsel
voorziening. De moffen vervolgen hun weg, voor controle verderop.
Opgelucht halen Jaap Zeeman en zijn mannen adem. Een van hen vraagt:
Waar zijn zo gauw die wapens gebleven?
Jaap wijst naar het platte dak van zijn bijkeuken. Als ze daarheen kijken,
zien zij de kolf van een sten over de rand van het dak steken... Nog steeds
krijgen zij kippevel als aan dit moment wordt teruggedacht. Als een van de
Duitsers het had gezien, zouden zij zonder twijfel stante pede zijn neerge
schoten.