Tenslotte kwam de uitspraak: Wim werd vrijgelaten en
ik moest de cel in.
Tijdens het verhoor moest ik even naar het toilet.
Tegelijk met mij maakte iemand gebruik van een ander
toiletDie vroeg me waarvoor ik gepakt wasIk heb
hem hetzelfde verteld als ik aan de Duitse rechter had
gedaan. Toen ik later naar mijn cel werd gebracht,
bleek dat er reeds twee anderen in zaten. Zodra ik
goed en wel binnen was, begonnen ook zij te vragen wie
ik was en waarom men mij daar gevangen zette.
Ook tegen hen heb ik niets anders gezegd dan ik eerder
voor de rechter had verklaard. Het was maar goed ook,
want die twee werden enkele uren later opgehaald en ik
heb hen nooit teruggezien. Wel hoorde ik later dat,
nadat men mij had opgesloten, Wim nog een aantal uren
in de Euterpestraat had moeten blijven. Zeker in af
wachting van hetgeen ik zou loslaten.
Een dag of wat later werd ik overgebracht naar de
gevangenis aan de Amstelveense weg. Eerst kwam ik in
een hal, waarin reeds stuk of tien gevangenen moesten
wachten. We moesten met onze gezichten naar de muur
staan met de handen boven het hoofd. Enkele in de
oorlog verminkte S.S.-ers bewaakten ons. Ze liepen
achter ons heen en weer en brulden dan dit, dan dat.
Wie het waagde achterom te kijken, werd door hen op
een gruwelijke manier afgetuigd.
Toch was het eten en de behandeling in deze gevangenis
beter dan wat ik in de Euterpestraat had meegemaakt
Wel zaten we met acht man in één celIn de cel was
slechts één bed. Dat was voor de oudste onder ons. De
anderen sliepen over de grond, gelukkig was er voor
ieder een matras. De w.c. was in de hoek: een emmer
met een deksel. Ik kwam als laatste in de cel en het
hoofdeinde van mijn matras lag zo ongeveer tegen de
emmer aan. Lekker fris
s Nachts stommelde dan de één en dan de ander over me
heen
Onder de gevangenbewaarders waren mensen, die we kon
den vertrouwen. We wisten precies wie er dienst had en
wie de emmer moest legen. Dat was voor mij een manier
-113-