Waarom hij dit wel moest doen wordt vermeld in het
Koninklijk Besluit van 13 mei 1852 wat bewaard wordt in
het AlgRijksarchief te Den Haag: Het Ministerie van
Binnenlandse Zaken was het er mee eens dat een aantal
kleine gemeenten best zelfstandig konden blijven, echter
sommige waren zo klein, dat twee van die kleintjes het
best samen konden doen met één en dezelfde burgemeester.
Jan de Boer bleef burgemeester in Broek op Langedijk en
werd daarnaast burgemeester van Sint-Pancras
Een gang van zaken die de Pancrassers maar slecht
aanstond. Zodra de raad uit de krant had moeten vernemen
dat Klaas Duif, nadat hij ongeveer tien jaar lang tot
volle tevredenheid als burgemeester had gefungeerd, zijn
ambt zou moeten neerleggen, besloot de raad dit niet te
slikken en een request op te stellen met de inhoud:
Klaas Duif doet het bijzonder goed als burgemeester van
Sint-Pancras, hem willen we hier houden.
Het request werd ondertekend door alle raadsleden en
door een aantal stemgerechtigde burgers. Tevens werd de
Commissaris beleefd uitgenodigd om dit request bij de
Koning te ondersteunen.
In die bewuste raadsvergadering vertelde Klaas Duif dat
burgers hem op straat hadden aangehouden met de vraag:
"In de krant lazen we dat de Koning je als burgemeester
heeft ontslagen, maar je bedankt toch zeker niet als
secretaris? We hopen heel erg dat je die functie
aanhoudt.
Wel, Klaas Duif kon de raad meedelen dat hij had
besloten om als secretaris aan te blijven. Een
mededeling, die de raadsleden met genoegen aanhoorden!
Voor de nieuw benoemde burgemeester Jan de Boer niet
zo'n leuke binnenkomer.
Op 9 juni 1852 zat hij voor de eerste maal een
Pancrasser raadsvergadering voor. In zijn openingsspeech
zei hij niet te verwachten dat de Pancrassers hem met
trompet- en bazuingeschal zouden binnenhalen als hun
nieuwe burgemeester. Maar, zei hij, we moeten hierin
berusten en de voorschriften der wet eerbiedigen. Van
zijn kant beloofde hij in deze voor hem nieuwe functie
zijn best te doen voor het welzijn van Sint-Pancras en
hij eindigde met de oproep: "Laat ons samen opregt,
eensgezind, zonder achterklap of geveinsdheid onzen
plicht doen.
- 47 -