-56- DsMolenaar, tevens veldprediker voerde het eerst het woord: Maaier zend uw sikkel en zeis, want het uur om te oogsten is gekomen omdat de oogst is rijp geworden. Dit woord werd gesproken door God de Albestuurder tegen de machtige dood. En de benige maaier is gekomen en heeft zijn zeis gezet in een jong leven. Dat heeft ons diep getroffen en geschokt. Piet heeft geen afscheid kunnen nemen sjn zonder voorbereiding is hij heengegaan en dat wil heel wat zeggen. Op deze sombere dag staren wij in een somber graf, dat zich opende voor een jong leven dat werd afgesneden. Een jong leven vol toekomstplannen zoals zijn laatste brief aan zijn ouders bewees en waarin hij zelfs een bootje en zoveel meer had gete kend, want over enige weken kwam hij voorgoed weer thuis. Wij vinden dat de oogst niet rijp was, maar ons wordt niets gevraagd. Het uur van onze geboorte en onze dood is niet in onze handen ge legd. Laten wij echter zorgen klaar te zijn. Nooit wordt u en mij gevraagd eerst orde op zaken te stellen en vooral niet op die zaken die het leven in het hiernamaals aangaan, wanneer wij rekenschap moeten afleggen voor de Hoge Rechter. Nu staan we hier en denken aan hen, die hier nu staan om het geopen de graf. We denken aan de ouders en bidden hun toe dat ze kracht mogen ontvangen de jongen, die hier niet aanwezig is, de hand te drukken zonder wraakgedachtenWant we weten dat zijn gedachten hier ook op dit ogenblik vertoeven. En de predikant eindigde met de woorden: Wij moeten gereed zijn als ons laatste uur slaat. Daarna trad de compagnie-commanadant kapitein Lohmeyer naar voren. Piet Deutekom - zo ving hij aan - het vorig jaar schaarde je je bij de tirailleur-compagnie der Jagers onder mijn bevel. Wij hebben jou sedert dien meer leren kennen door de bijzondere func tie van jou in de compagnie: Waar de stem van je compagnie-commandant te kort schoot, daar galm de van jou het signaal verzamelen je waart ook de zang van de compagnie, wanneer het klaroengeschal langs de huizen opklonk, je waart de steun van je makker, Als hun leden loom werden monterde jij ze op met je muzikale gaven. Dit was geen opoffering voor je. Je speelse vrolijkheid maakte je tot een goed kameraad. En in vrolijke speelsheid werd je door de Almachtige opgeroepen. We missen je en dat smart. Er blijft een leegte aan het hoofd der compagnie.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Klin - Sint Pancras | 1990 | | pagina 58