-41-
DE ACUTERGEEST BIJ SINT PANCRAS
Vroeger lag het land in de Achtergeest (het gebied tussen de nog
gedeeltelijk bestaande Oostwal en de Heerhugowaard) erg laag en was
alleen geschikt voor hooi- en grasland. Veel van deze lage hooi- en
weilanden stonden toen^bekend als "de vennen"
Uit een kaart van 1530 kan worden opgemaakt dat er toen nog geen dijk
was om dit lage land te beschermen tegen het water van de Heerhugo-
waard. En bemaling was er natuurlijk evenmin.
Dit hield in dat deze landen bij hoge waterstand werden overstroomd.
De boeren uit die tijd vonden deze inundatie beslist niet vervelend.
Immers, het vee stond op stal en...in de vorm van slib liet het watei
wat vruchtbaar bezinksel achter.
In 1532 werd evenwel de Oosterdijk doorgetrokken tot de Breelaan in
Oudorp. En daardoor was de Achtergeest afgesloten van de Heerhugo-
waard en de weilanden kwamen niet meer blank te staan. Maar het
uitblijven van de jaarlijkse inundatie werd al spoedig als een gemis
ervaren, waarin moest worden voorzien. Dit valt op te maken uit
de boekhouding van de grafelijke rentmeester. In 1537 boekt deze een
uitgave met de vermelding: uitgeven om de verbetering ven zekere
vroonlanden gelegen onder die vennen achter de Vroonregeest
De maatregel was tweeërlei: a- De dijken, zowel aan de noord- als de
zuidkant van het gebied, Twuyverweg en Breelaan in Oudorp, werden
verhoogd en verbreed, b- in de Breelaan werd een sluis gemaakt.
Via deze sluis liet men 's winters water uit de Schermeer op de
graslanden van de Achtergeest stromen teneynde dat dieselve landen
van den slijc ende vetticheyt van 't selve water hoogen, verbeteren
endc te bat (beter) gras dragen souden, soe die seer laech ende
quaet sijn. (quaet-kwaad-slecht)-
Dit alles werd geregeld door Jan Janszoon, de dijkgraaf van Geestmer-
ambacht, die tevens baljuw van de Nijenburch was. Per morgen weiland
kostte het 0-2-9. De rentmeester administreerde in dit gebied
140 morgen en moest daarvoor in het totaal 19-0-5 betalen.
Uit zijn rekeningen blijkt ook dat men in 1583 nogmaals maatregelen
nam voor hetzelfde doel. Dan wordt betaald voor het ophogen van de
Twuyverweg ten eynde men des winters de Achtergeestlanden onder
water mag stellen om alzo tot meerder vruchtbaarheid te brengen?
Het gehele gebied besloeg toen een oppervlakte van 230 morgen
en hiervan had de rentmeester 171 morgen onder zijn beheer.
WOONLANDEN- aan de graaf behorende landen.
l r 1 pond s ZO schellingen - 2'tO penningen. Een ongeschoolde arbeider verdiende l ;><r
week, een Ijzeren schop kostte 9 penningen, een houten schop 5 penningen,
de BALJUW was belast met de rechtspraak in een bepaald gebied.