-22-
Andere verschillen tussen de Langedijker dorpen en St.Pancras waren:
De veerschipper op Alkmaar betaaldevoor elk Langedijker dorp 1.7.0.
Gemiddeld betaalde elk dorp ongeveer 11.0.0. voor biertollen en
vroonschulden. In Pancras was noch sprake van veerschip,noch van bier.
(Het lijkt wel of St.Pancras toen "droog" lag en of dit kwam, omdat men
geen veerschipper op Alkmaar had, ontgaat me).
Maar daarentegen betalen die plaatsen veel minder aan visserijrechten,
resp. 1.10.- 1.10.-;; en 6.0.0.
En in Pancras was dit totaal 31.-.-.
Zo te zien, was de visrijkdom hier toen groot en vormde de visserij
een zeker bestaansmiddel voor de Pancrasser uit die tijd.
Om het beeld omtrent St.Pancras van de toekomstige koper te complete
ren, gaven de Heren Staten nog de volgende inlichtingen:
"de regering bestaat uyt den schout en vijf schepenendie een jaar
dienen en welcke op woensdag voor pinxteren nevens den schout vijf
andere in haar plaats verkiezendie saturdags daaraan door den
schout worden be-eedigt.
De vijf regeerende nevens de vijf afgegaane schepenen maacken de
vroetschap uyt.
Schout, scheepenen en vroetschappen stellen aan de overige Bedienden
als des dorps schotvangermoolenmeester en om de vijf jaar een dorps
omroeper
Den Baljuw van der Nieuburg heeft het regt van approbatie of repro-
batie van de beroepen predicanteh en schoolmeester aldaar.
De regeerders van St.Pancras hebben de door de Staten verstrekte
gegevens naarstig gecontroleerd. En ze vónden een aantal punten,
waarmee ze het niet eens waren. Vandaar dat ze De Edele Groot Mogende
Heeren Staten van Holland en West Friesland met "schuldige onderda
nigheid" kennis gaven van"enige duysterheden en abuyzen"dit om
latere moeilijkheden te voorkomen. De toekomstige HEER moest, naar hun
mening, ook het volgende weten en hij zou hieraan beslist niet mogen
tornen:
Voor StPancras geldt ook:
Schout en schepenen stellen aan twee kerkmeesters en twee armvoogden
waarvan er jaarlijks een afgaat.
Stellen mede aan een dorpsomroeper en een collecteur der tienden,
de vroetvrouw wordt door de vroetschap aangestelt
de schoolmeestercoster en voorsanger door de magistraat en kerken
raad,
dog hiervan heeft de baljuw van Nieuburg regt van approbatie
de schepenen fungeren als weesmeesters