2 zaadakkers in de Langakkers elk 6 snees en 5 roe
en een zaadakker van 1 gars en 5 roe totaal 30,
3 of 4 zaadakkers in de (Smerege) V/enne
een akker onder Broek, de Henakker en een akker in de Achtergeest.
Eenmaal u/ordt gesproken van de 3 maljon. Het is me niet duidelijk of
dit de naam is van één of meer akkers (of de verbastering daarvan)
of iets anders.
Moeilijk is het om precies na te gaan welke bezittingen de diaconie
had. Op gezette tijden kwam er weer een andere diaken en het lijkt wel
of iedereen zich geroepen voelde om het kerkelijk bezit vast te gaan
leggen En soms vraag je je af, of men met verschillende benamingen
hetzelfde bezit bedoelt. De Henakker is 6 snees groot, de akker in
de Achtergeest is eveneens 6 snees groot. Is het een en dezelfde
of zijn het twee verschillende akkers
De totale huuropbrengst was gemiddeld 300,per jaar.
Als goed landeigenaar trachtte men te voorkomen dat de grond werd
uitgeput. Zo mag Jan Claasz Smit de Bregweid gedurende een aantal
jaren huren, maar hij heeft naast de huur ook nog de verplichting
om jaarlijks "2 praam mis" op het land te brengen.
Ook werd weiland verhuurd met de bepaling dat men het ene jaar
mocht hooien, maar het andere jaar moest men dan "etten"(=het land
door vee laten afgrazen).
De diaconie bezat ook twee huizen, de zgn. arm- of diaconiehuizen.
Een ervan stond aan het"Bullepad"Ik vermoed dat dit het meest
noordwestelijkste huis van het toenmalige St.Pancras was. Het heeft
nl. de Veersloot ten noorden en Jan Gerritsz ten zuiden en stond
in het Noordeinde. Het werd bewoond door de diaconiearmen
Dirk Groen bewoonde het "noordend" en Jan Tuimelaar het andere
gedeelte. De "wurf" werd gehuurd door een agrariër en ook vermeldt
men nog ergens dat "de dars en schuur verhuurd worden tot gerief om
zaad en stroo-wagen-eyt en ploeg te mogen bergen."
De diaconie heeft nog een tweede woning bezeten.Die werd in 1786
verkocht aan Jacob Ariensz. Booy. Dit huis stond ook in het Noord-
einde en ten zuiden ervan hadden "de regenten van St.Pancras" een
bezit. Ik vermoed dat dit huis aan de oostkant van het Bullepad
gezocht moet worden.
Van de andere geringe inkomstenbronnen noem ik eerst "het armenbos"
De predikant hield catechisatie aan huis. Vuur en licht werden door
de diaconie vergoed. Op tafel stond een bus, waarin de catechisanten
iets konden deponeren voor de armen.
-20-