zich meer op straat bevinden). Als jullie hem niet in huis nemen, zal
hij op straat moeten blijven. Houden jullie hem dus vannacht. Dan kom
ik morgen terug om hem op te halen."
Maar de volgende morgen verscheen Van Asten niet.
Pas enkele weken later kwam hij kijken hoe het ging. En vaak was men
dan zo aan de gast gewend, dat men hem blijvend huisvesting verleende.
Het L.0. had ook géld nodig. Bijvoorbeeld om die gezinnen te steunen,
waarvan de kostwinnaar was ondergedoken. Dan kon hij als volgt te werk
gaan. Hij stapte ergens binnen en vroeg:
""Kunnen jullie een ontvluchte gevangene herbergen
"Neen"-
""Een Jood misschien
"Neen"-
""Een gewone onderduiker dan
"Neen"-
"Geeft U dan, om toch wat te doen, wat geld voor het verzet.""
En meestal had hij dan hiermee wel succes.
In 1943 werd een Haarlems distributiekantoor overvallen.
De Duitsers verdachten een verzetsman, Van de Vaate. In zijn woning
troffen ze niet Van de Vaate aan, maar wel Van Asten. Die werd toen
gevangen genomen, maar bij gebrek aan bewijs, werd hij na drie weken
weer vrij gelaten.
Als regionaal leider had hij contact met het verzet in de plaatsen
rond Haarlem. In Heemstede hielp hij mee om het verzet te reorgani
seren (Vaumont), hij voorzag verzetsmensen in Beverwijk van bonkaarten
voor de onderduikers daar.
Hij was betrokken bij een af luisterpost van de S.D. te Haarlem.
Omdat men daardoor vroegtijdig op de hoogte was van S.D.-plannen,
kon men meerdere raaien een arrestatie voorkomen.
Op de massa-arrestatie van 18 maart 1945 was men echter niet voorbe
reid.
Na zijn arrestatie zag Van Asten nog kans om aan de eveneens gearres
teerde Van Riessen te vertellen, dat de S.D. bij hem in huis wapens
had gevonden. Dit alleen was genoeg om hem als Todeskandidaat te
bestempelen.
"Ik heb de goede strijd gestreden
en heb het geloof behouden
JOHAN A. A. VAN MEETEREN 8 okt. 1908 - 15 april 1945).
schuilnamen Haringsma, de zwarte luitenant,
van beroep rechtskundig adviseur, gehuwd-3 kinderen.
-28-