I
Leven zonder Duitse militairen
Fokje: “Toen ik op de bagagedrager stapte moest mijn moeder
huilen. Eenmaal in Friesland viel het mij meteen op dat er in
Zwaagwesteinde helemaal geen Duitse militairen te zien waren.
In Schagen zag je ze overal in het straatbeeld, de hele oorlog
lang. Omdat er nauwelijks Duitse troepen waren in dit deel van
Friesland, zijn er ook nooit scholen gevorderd. Ik ging hier naar
school in een normaal schoolgebouw. Dat was na al die lesjaren
vreemd voor mij, want hoe anders was dat met de kinderen in
Schagen. Daarvan ben ik me pas later bewust geworden.”
Er ontstond een bevrijdingsverschil met Schagen (zie Feit 4).
Fokje werd bij haar familie in Friesland al midden april bevrijd
door de Canadezen, terwijl haar gezinsgenoten nog in Schagen
waren. Dat was voor haar een vreemde bevrijding: “De Duitsers
waren weg, de Canadezen hadden ons bevrijd, dus wilde ik
naar huis, naar mijn vader, moeder, zusje en broertje. Maar dat
kon niet. Het bleek dat er nog wel Duitse soldaten in Schagen
waren. Ergens in mei verscheen opeens mijn moeder op de fiets
in Friesland. Hoewel ik het altijd prima naar mijn zin had bij de
tantes, was dit voor mij de echte bevrijding van de oorlog.”
•r
Robert Witsen
21
De bovenbouw kreeg les in de Bethelkerk aan de
Landbouwstraat. De leerlingen zaten in de banken om
de preekstoel in Bethel (foto's Bethelgemeente).
De spoorwegstaking was mede
de oorzaak voor grote schaarste
in West-Nederland. Hier voed
selzoekers in de omgeving van
Schagen (foto Zijper Museum,
Niestadt Beeldbank).
Het huis van meester de Nooij aan het Plantsoen
(foto Robert Witsen).
r