lefoonkabels. Bongenaar werd toen door de Duitsers bij verstek
ter dood veroordeeld. Hij was inmiddels ondergedoken.
Menno Poldervaart (1917-1979) hield zich ook bezig met
het drukken van verzetskranten. In de drukkerij de Westfriese
Kerkbode in de Landbouwstraat werd vanaf1943 Vrij Neder
land gedrukt. Het drukken van illegale bladen werd bij toerbeurt
door een drukkerij gedaan. Te lang doorgaan met drukken
verhoogde de kans dat de Duitsers erachter kwamen, met alle
vreselijke gevolgen van dien.
De kopij werd aangeleverd vanuit Amsterdam door koeriers die
met de trein naar Schagen reisden.
In 1944 werd Poldervaart opgepakt. Wegens gebrek aan bewijs
moest de SD hem echter weer laten gaan. Desondanks ging
Piet Gootjes (1916-1958) was opzichter bij de provinciale
inkoopcentrale akkerbouwproducten. In deze hoedanigheid
kon hij voedsel ‘achterover drukken’. Voedsel dat dan weer werd
gebruikt voor onderduikers en andere behoeftigen.
Gootjes was ook actiefin de organisatie van het verzet in en
rond Schagen. Zo was hij ook betrokken bij de ontvreemding
van het bevolkingsregister van Winkel, waar hij was gaan wonen.
Gootjes was de leider van de LO in Winkel. In zijn huis werden
’s avonds vaak onderduikers verzameld en van daaruit onderge
bracht in de buurt.
De LKP’er Frits Kruit (1918-1987) was een actief verzetsman.
Naast het feit dat hij (joodse) onderduikers in huis had was hij
ook betrokken bij de liquidatie van een verrader. Wat er precies
gebeurde en wie het betrof is onbekend.
Kruit kwam, zoals zovele mensen die betrokken waren bij het
verzet, de oorlog niet zonder innerlijke littekens door. Depres
sies tekenden zijn naoorlogse leven.
Jan van Ketel (1905-1974) hield zich voornamelijk bezig met
het drukken van illegale bladen in zijn drukkerij aan de Molen
straat in Schagen. Het hiervoor genoemde ‘Het Nieuws’ werd
bijvoorbeeld bij van Ketel gedrukt. Voor kopij werd stiekem
geluisterd naar radio Oranje. Daarnaast drukte van Ketel ook
bonkaarten voor de Duitsers en hield regelmatig een aantal vel
len achter, ondanks controle van de Duitsers.
Verder vervalste van Ketel ook afen toe persoonsbewijzen en
liet hij valse doktersverklaringen maken zodat mensen niet in
Duitsland werden tewerkgesteld.
De al eerder vermelde Melle Komrij (1906-1970) had een
kruidenierszaak in Schagen. NSBers waren na 1940 niet meer
welkom in zijn zaak. In de het huis van Komrij verbleven gere
geld onderduikers.
Komrij was lid van de LO en verzorgde bonkaarten en vervalste
persoonsbewijzen voor onderduikers. Komrij werd op 19
oktober 1943 opgepakt door de Sicherheitsdienst. Na verhoor
en marteling kwam Komrij uiteindelijk in kamp Vught terecht.
Hij werd tewerkgesteld in het zogenaamde Philips-commando
waar hij radiotoestellen in elkaar moest zetten.
Lenie Blind (zie ook hiervoor), winkelmeisje in de zaak van
Komrij, nam de zaken voor Komrij waar. Komrij werd in mei
1944 vrijgelaten uit kamp Vught.
Ook Wim (1906-1970) en Siem Plukker (1911-1948) had
den een drukkerij aan de Gedempte Gracht. Er werden illegale
kranten gedrukt, zoals Vrij Nederland en de Zaanse verzetskrant
Typhoon, evenals ander onmisbaar drukwerk voor het verzet.
Ook de Duitsers maakten gebruik van de drukkerij van de
gebroeders Plukker. Er werden bijvoorbeeld kaarten gedrukt
van mijnenvelden, geschutsstellingen in de buurt van Schagen.
Deze belangrijke inlichtingen werden door de broers doorgege
ven aan Frits Bongenaar. Hij zorgde ervoor dat ze in Engeland
kwamen.
Wim Plukker was naast de drukkerij ook nog actief in het gewa
pende verzet. Hij was lid van de LO en later van de BS. Hij droeg
altijd een revolver bij zich en was betrokken bij het opblazen van
een spoorbrug om te voorkomen dat er een trein met munitie
overheen ging richting Den Helder.
Siem moest het laatste halfjaar van de oorlog onderduiken
omdat de Duitsers hem zochten.
Verzetsmonument in de wijk Muggenburg.
18
//TT. i-.'XT/T
7P45