haalden ze maar liefst. De onbetwiste kopman Van Erp kreeg
286 voorkeursstemmen ten teken dat zijn populariteit onder de
kiezers was toegenomen. Maar als wethouder had hij in de poli
tieke arena te veel krediet verspeeld om het nogmaals te worden.
Van Erp was een stijfkop
afnog voor te zijn geïnstalleerd. Als raadslid bond hij, net als in
zijn andere publieke functies, de strijd aan met de bestuurselites.
Hij had een hekel aan partijpolitiek, goed gesalarieerde amb
tenaren en achterkamertjesoverleg. Tot concessies was hij niet
bereid, het vrije woord vond hij belangrijker dan de lieve vrede.
Zijn humor was bijtend. Er waren er die zijn bloed wel konden
drinken. In zijn eigen partij was hij omstreden. Maar onder de
kiezers die een tegengeluid wilden horen had hij veel aanhang.
Wien Neêrlands bloed
Intussen ging zijn leven rond de Markt gewoon door. De biljart-
Motie van wantrouwen
Nadat zijn partijgenoot Piet Trapman uit die functie was terug
getreden, bracht het jaar 1925 Van Erp alsnog het wethouder
schap. In zijn nieuwe rol bleefhij hechten aan de openbaarheid
van bestuur. Regelmatig besprak het college kwesties die gevoe
lig lagen, ofover personen gingen, achter gesloten deuren. Nu
gebeurde het twee keer achtereen dat uit dit geheime overleg
informatie weglekte. Van Erp bleek het lek te zijn. Hij gafdat rui
terlijk toe en sloot niet uit dat het vaker zou gebeuren. Dat was
de kat in de gordijnen. De raad eiste in een motie van wantrou
wen vrijwel unaniem zijn aftreden. ‘Dat is aan mij!’ riep hij uit
en voegde de daad bij het woord. Ondanks de druk waaronder
hij aanbleef zat hij zijn wethoudersrit uit tot de verkiezingen van
1927, in de hoop dat zijn staat van dienst hem genoeg suppor
ters zou opleveren voor een volgende termijn in de raad. Niet
meer welkom bij de vrijzinnig democraten begon Van Erp met
wat kompanen de kiesvereniging Plaatselijk Belang. Drie zetels
Kartelig karakter
Wie de raadsverslagen leest, ziet dat Van Erp een vasthoudende
volksvertegenwoordiger was met een kartelig karakter. Politieke
vrienden maakte ofbehield hij niet, noch in b. en w., noch in
de raad, noch in zijn eigen kiesvereniging. Wat hem in 1927
overkwam, herhaalde zich vier jaar later. Plaatselijk Belang
moest hem niet meer. Weer scheidde hij zich af In de Schager
Courant van 16 juni 1931 beslaat zijn oproep aan de kiezers
de hele voorpagina. Met zijn lijst Van Erp scoorde hij met 216
voorkeursstemmen nog altijd 12% van het electoraat, goed voor
één zetel. Het maakte hem niet minder strijdbaar. En hij vond
nieuwe kameraden bij een opkomende landelijke beweging,
de NSB. Het leidend beginsel van deze partij omvatte alles wat
hij van thuis had meegekregen: 'Voor het zedelijk en lichamelijk
welzijn van het volk is noodig een krachtig staatsbestuur, zelfrespect
van de natie, tucht, orde en solidariteit van alle bevolkingsklassen en het
voorgaan van het algemeen (nationaal) belang boven het groepsbelang
en het groepsbelang boven het persoonlijk belang' Hij werd con
tactpersoon van de NSB in Schagen en weldra aangesteld als
kringleider in een snel groeiend nationaal netwerk.
19
Voor de uitspanning De Liggende Os aan de Loet poseren in 1928 Jansje Van Erp-Roggeveen
met de kinderen Wer (6) en Bets (2) en oma Roggeveen-van der Hoek. Collectie Harry Kooij