van Schagen
T o O N E E E-B K B 1T»
TOONEELTho™
Schagen, 26 Nov-
en de Landbouwsociëteit Cérès hadden een ruime zaal met een
podium. Het grootst was het chique Noordhollands Koffiehuis.
Al die zalen liepen vol voor concerten en voorstellingen. En dan
had hotel Vreeburg nog een monumentale achtertuin, waar ‘s
leven in Schagen in vlammen opging. Het wachten was alleen
op een volgende bron waarin er verslag van werd gedaan.
heeft mogen
verwerven, v.
Kolfbaan
In het oprichtingsjaar van de Schager Courant verscheen op
25 november 1857 op de advertentiepagina een annonce van
Toneeldirecteur L. Hartlooper, waarin hij een voorstelling
aanprijst die hij met zijn gezelschap komt geven in de ‘kolfbaan
van den heer Roggeveen en Zoon’. De Amsterdammer Levi
n september 2019 vierde het Scagon Theater
haar 40-jarig bestaan. Een kranige prestatie
voor een vrijwilligersorganisatie. Een theater is
voor een relatief kleine gemeenschap als Scha
gen geen vanzelfsprekendheid. Hoe was het hier
van oudsher gesteld met de belangstelling voor
de podiumcultuur?
Niet zelden kwamen er rond
schap naar Schagen. Daar heeft men reeds verscheidene jaren de duizend liefhebbers op af
een toneelgezelschap, uit een welingelichte kring bestaande.
O! Men gevoelt zoo dat men zich hier niet bij een
opgeraapten troep, maar in een beschaafden kring bevindt.’
Helaas ging het theater aan de Lagezijde door brand verloren.
Waarmee niet gezegd wil zijn dat daarmee ook het culturele
Toneel, zang en dans zijn van alle eeuwen. In hoeverre Schagen
ermee is verwend, is in de annalen tot tegen 1800 nauwelijks
beschreven. Maar op Slot Schagen hebben zeker minstrelen
en voordrachtskunstenaars de Heer vermaakt. Straatzangers
hielden de burgers op de hoogte van wat in de omstreken
gaande was. De kermis was met zijn theatertenten het jaarlijkse
hoogtepunt voor de volkscultuur en de kerkgemeenschappen
onderhielden het verticale geestesleven. Als we het theater defi
niëren als een plaats waar mensen samenkomen voor vermaak
en verheffing, dan speelde dat zich in Schagen vele eeuwen afop Hartlooper reisde met zijn Theatre National zowel de provin-
straat, in de herbergen en in de kerk. ciale schouwburgen als de kermissen af Zie ook de kadertekst.
‘Den heer Roggeveen’ was de uitbater van koffiehuis De Beurs
aan de Markt, het tegenwoordige Stiel. Hoe ‘welingerigt’ de
kolfbaan van De Beurs ook geweest moge zijn, hij had niets
van de schouwburgen waarnaar toneeldirecteur Hartlooper
in zijn advertentie verwijst. Geen kleedkamers, geen podium,
geen decors. Er moest geïmproviseerd worden. Het publiek
deerde het niet. In het medialoze tijdperk waarin zij leefden, was
elke vorm van verpozing welkom. De advertentiepagina’s van
de krant wemelden het hele jaar door van de caféhouders die
optredens in hun koffiehuis aanprezen. Voor de zaaleigenaren
waren de voorstellingen veelal het voorprogramma voor het bal
na waarmee zij hun geld moesten verdienen. Aan grote zalen
was geen gebrek. Vreeburg (Igesz), De Roode Leeuw (Rumors)
Cornells Bok
Uit de geschriften van Cornelis Bok (1777-1836), kunstschil
der en schrijver, weten we dat aan het eind van de 18e eeuw
in Schagen werd opgericht het Theatraal Gezelschap Leering,
Deugd en Vermaak. De vereniging had een aantal draagkrach
tige commissarissen. Zij kochten in 1799 het destijds meest
oostelijke pand aan de Lagezijde om er een theater van te
maken, voor zover bekend het eerste in de Schager historie. De
commissarissen kwamen zowel uit katholieke als hervormde
kring, een teken dat zij culturele ontwikkeling stelden boven de
geloofsstrijd. Cornelis Bok was werkend lid. Hij speelde mee,
mogelijk in zijn zelfgeschreven stukken, en zal een bijdrage
hebben geleverd in het ontwerpen en schilderen van de decors.
In zijn roman ‘Vooringenomenheid en vooroordeel’ (1826)
schrijft Bok: ‘Zoo begaven wij ons reeds meermalen met gezel-
Ik ondergeieekende Toonecl-
directeur verwittigt dc geëerde W
nis buiten de Gemeente, dat hij
te W -rigc
indeStads-SchouwburgeiiA alhicr dien ^vttl Joen
dubbel aal waardig maken.
Tooneel-Pirectenr.
De theaters
4