Ja! ja! de vrouw heeft nog niet genoeg te zeggen De twee bij dit artikel getoonde foto’s van de betoging in Amsterdam zijn ons beschikbaar gesteld door de stichting Atria, kennisinstituut voor emancipatie en vrouwengeschiedenis. Wie waren zij? Op 18 juni 1916 betoogden achttienduizend vrouwen en man nen in Amsterdam voor het vrouwenkiesrecht. Daar pikte de socialistische persfotograafKees Hofker de Schager vrouwen met hun spandoek uit de menigte en kunnen we zeggen: geluk kig hebben we de foto’s nog. Onmiddellijk dringt zich de vraag op wie we daar zien demonstreren. We kunnen ervan uitgaan dat de Schager vaandeldraagsters op de foto’s bestuursleden zijn en hebben dan keus uit mw. Anna Maria Wiglama-Eriks, mw. Cornelia Roggeveen-Stammes, mw. Johanna Antonia Elisabeth Veldkamp-Scheepers, mej. Ag. (ongeïdentificeerd) Vader en mw. Maria Geertruida de Wit-van der Goes. Slaat u eens uw familiealbums open en laat ons weten of een van de twee op de foto’s uw oma of overgrootmoeder is. Het zou toch mooi zijn als we ze hun plaats in de geschiedenis van het feminisme kunnen geven. Is een van hen Anna Eriks? Zoals het Mozes niet was gegeven met zijn volk het beloofde land binnen te gaan, was zij er in 1919 niet bij om met haar bestuur de toekenning van het algemeen vrouwenkiesrecht te vieren. Een half jaar eerder had Jarig Wiglama zijn zakelijke belangen verplaatst naar Alkmaar en was hij met Anna en de kinderen verhuisd naar Bergen. Hun twee zoons, Arie en Atte, studeerden af als werktuigbouwkun- En gij vrouwen die nog steeds van verre staan en toch gevoelen, maar er niet voor durven uitkomen dat gij ons behoort te helpen, leg nu die vrees van U af. Me dunkt de tijdsomstandigheden hebben ook bij U de schroeven wel zoo aangelegd, dat gij zeggen m o e t, i k w i l die vrouwen helpen want het is een goed doel waarvoor zij strijden.' Jacoba Roos-Breed Toen Anna Wiglama-Eriks in 1918 Schagen en de lokale VVK verliet, was zich aan een ander front een volgende Schager Aletta aan het warmlopen. De vrouwenbeweging van de Sociaal-Democratische Arbeiders Partij Schagen had sinds 1913 een politiek geëngageerde voorzitster in de geboren en getogen Schagense Jacoba Roos-Breed (1886-1954). In 1917 werd ze secretaresse van de SDAP. Ze had zich eerder al ingezet voor een wettelijk verbod op het schenken van alcohol. Nu roerde ze zich in de gemeentelijke voedselcommissie, die in het laatst van de eerste wereldoorlog toezag op een eerlijke distri butie van schaarse goederen als voedsel en kleding. Ze schreef pittige ingezonden brieven in de krant en kandideerde zich voor de gemeenteraadsverkiezingen van 1919. De SDAP zette haar in april als nummer 2 op de kieslijst. Daarmee nam de partij een voorschot op de toekenning van het vrouwenkiesrecht, die inderdaad in juli afkwam. Daardoor mochten vrouwen vanaf dat moment gekozen worden. Kiezen mochten ze echter pas vanaf 1922. De raadsverkiezingen leverden Coba Breed vier stem men op. Vier Schager mannen wilden het wel eens proberen met een vrouw aan de raadstafel. Maar Cobas 2e plek op de lijst woog zwaarder dan haar voorkeurstemmen en ze werd een van de eerste vrouwelijke gemeenteraadsleden in Nederland. Piet Trapman, journalist/eigenaar van de Schager Courant én raadslid voor de vrijzinnig democraten, schreefin zijn krant: 'De Raad bestaat thans uit de heeren P Trapman, P Meurs, Jb. Koster, P Hopman, J. Helder, M. van Vliet, Vrijz. Dem.; G. Rempt, mevr. Roos- Breed, S.D.A.P; P Snel, Th. Overtoom, P Koemeester, Roomsch Kath.' Trapman stond niet onsympathiek tegenover de Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht, afdeling Schagen. Hij woonde zelfs hun vergaderingen bij. 'De Raad bestaat thans uit de heeren...1 zal dus de macht der gewoonte zijn geweest. Het maakt duidelijk hoeveel mannelijk moeras Jacoba Roos-Breed en haar gelijken nog hadden te doorwaden, voordat ze eindelijk serieus zouden worden genomen. dige en emigreerden naar de Verenigde Staten. Hun dochter Sophie werd onderwijzeres en hun jongste plukte de vruchten van de boom die Aletta Jacobs had geplant: Grietje Wiglama behaalde in 1925 haar einddiploma HBS. In het leven van Anna Eriks lijkt daarmee de cirkel rond, maar er kwam nog een tragisch vervolg. Sophie - in 1938 getrouwd met luitenant ter zee Siegfried Schipper - overleed in 1940, 36 jaar oud. Met hun zoons ver weg en nog maar één dochter over, vertrokken Anna en Jarig naar het Duitse Neurenberg, waar Grietje sinds 1929 woonde met de bouwkundig ingenieur Jakob Heinrich Rieger. Daar raakte Anna Eriks zwaar gewond door een geallieerd bom bardement op de fabrieken die Hitler van zijn oorlogsmaterieel voorzagen. Ze stierf aan haar verwondingen op 18 mei 1943 en werd officieel geregistreerd als slachtoffer van de oorlog. Heden overleed zacht en kalm onze lieve Vrouw, Moeder en g Grootmoeder R ANNA MARIA WIGLAMA—ERIKS, g in den ouderdom van 70 jaar. Nürnberg O. 18 Mei ’43. Weiszenseestr. 7, J. WIGLAMA. I Gary (U.S.A-), ATTE WIGLAMA. I MERLA WIGLAMA BURLINGAME. I Winnetka (U.S.A.), a ARIE WIGLAMA. I STIJNE WIGLAMA - I WANSINK. I Nürnberg, I Gr. RIEGER— WIGLAMA. KARL RIEGER. S- E. SCHIPPER. 9 Kleinkinderen. 1' Eenige kennisgeving. Peter Groenveld 8 Overlijdensadvertentie Anna Maria Wiglama-Eriks.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kakelepost - Schagen | 2019 | | pagina 8