w Beide partijen schakelden nu het hoogste gezag in, stadhouder Willem van Oranje. Oranje besloot nu dat het verhoor in Scha- gen onder zijn verantwoordelijkheid moest worden voortgezet. Hij vaardigde twee vertegenwoordigers afdie naar Schagen moesten afreizen. Deze afgevaardigden van Oranje bedankten echter wat later voor de eer. Lag de zaak te gevoelig? Als ook de burgemeester van Enkhuizen voor de eer bedankt benoemde de stadhouder een rechtsgeleerde uit Alkmaar. Sonoy had echter ook al een commissielid benoemd waardoor er nu teveel leden waren. Het onderzoek lag al die tijd stil en de verdachten zaten in ang stige afwachting in het slot van Schagen gevangen. De Noordelijke en Zuidelijke Nederlanden kwamen de Pacifi catie van Gent overeen. De Spaanse troepen dienden het land te verlaten. In Holland en Zeeland werd de protestante godsdienst toegestaan. Alle andere gewesten bleven katholiek. Bovendien werd amnestie verleend aan alle gevangenen die betrokken waren bij de Opstand. Kennelijk hadden Sonoy en zijn commissie zich niet erg populair gemaakt in Schagen. Diederik van Sonoy probeerde het eerherstel tegen te houden. Hij deinsde er zelfs niet voor terug om te proberen een valse getuige, Pietge Pieter Joncx uit Nibbixwoud, hier toe in te zetten. In artikel 1 van de Pacificatie stond dat alle misdaden begaan tijdens de ‘troebelen’ vergeven en vergeten zouden zijn. Artikel 9 bepaalde dat alle gevangenen die vast zaten als gevolg van de Opstand vrij zouden worden gelaten (11). Deze Pacificatie moest worden gezien als een overwinning van Oranje. Godsdienstige tolerantie, ofwel godsdienstvrede, was namelijk het uitgangspunt. Bovendien sloten nu de Zuidelijke en Noordelijke gewesten de gelederen tegen de Spanjaarden. Het afzweren van koning Filips II bleek echter nog een stap te ver. De internationale ontwikkelingen zouden voor een omme keer zorgen. Op 1 september 1575 bleek dat het Spaanse Rijk niet meer aan haar financiële verplichtingen kon voldoen. De oorlog had, op meerdere fronten, teveel geld gekost. Filips II was bankroet. De Spaanse soldaten werden niet meer betaald en gingen muiten. Dit leidde onder andere in november 1576 tot de Spaanse furie in Antwerpen. Er werd geplunderd, verkracht en gemoord (10). Dit betekende voor de gevangenen in Schagen dat ze vrij waren. De enige die gebruik maakte van de amnestieregeling was echter Sybout Jansz. De anderen weigerden gebruik te maken van de regeling. Dit zou immers betekenen dat ze schuld zouden beken nen. Ze bleven in hun cel zitten. Een even moedige als principiële beslissing. Ze zaten immers al ruim een jaar vast onder erbarme lijke omstandigheden. In plaats daarvan ging met name Jan Jeroensz. streven naar eerherstel. Hij wilde een zogenaamde zuiveringsprocedure of purge in gang zetten waarbij aangetoond zou worden dat Sonoy en zijn commissie hem en zijn medestanders onterecht hadden beschuldigd. De behandeling van de gevangenen was daarmee ook onterecht. Daartoe werd ook in januari 1577 een verzoek ingediend bij Willem van Oranje. Maar de stadhouder hield voet bij stuk, de verdachten konden alleen gebruik maken van de amnestieregeling die onderdeel uitmaakte van de Pacificatie. Omdat Jeroensz. bleefaandringen besloot Oranje tot nader on derzoek in Delft. Het Hofvan Holland, de hoogste gerechtelijke instantie van het gewest, ging zich met de zaak bemoeien. Toen men de gevangenen wilde ophalen uit het slot van Schagen om ze naar Delft te brengen bleek de voltallige commissie niet aanwezig. Omdat het personeel de gevangenen niet durfde vrij te laten liet de procureur-generaal de deuren van het slot openbre ken om de gevangenen uit hun cellen te halen. Ze weigerden echter hun cellen te verlaten. Op 15 juli 1577 werden Jeroensz., El en Nanningsz. ontslagen van rechtsvervolging. Wel moesten ze zich nog beschikbaar hou den voor het gerecht. Eindelijk konden ze met een gerust hart hun cellen verlaten. Dit gebeurde onder grote belangstelling. te houden. Was het bestuur van deze stad soms ook op de hand van de Spanjaarden? ‘Dit geschiedde met grote toeloop van volk, met grote verblij ding van de gemene man en de hele burgerij van Schagen en de andere dorpen daaromtrent, die dit met vele honderden aanzagen, zodat het te verwonderen was waar al het volk vandaan kwam. Elk zei het zijne, maar in het algemeen riepen zij: ‘Waar zijn nu de Bloedraden? Hadden zij recht, sy souden wel dorven voor den dag komen!’ ft Willem van Oranje. Hendrik Goltzius. 14

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kakelepost - Schagen | 2019 | | pagina 14