De zoon van Jan van Schagen, de kleinzoon van Willem van Beieren van Schagen, bastaard van Holland, Jan van Schagen Jansz, is schepen in Haarlem in 1510 en burgemeester van die stad tussen 1527 en 1531, tussen 1534 en 1536 en tussen 1536 en 1540, dat wil zeggen bijna 14 jaar lang met een onder breking van 3 jaar. De oudste zoon van Willem van Beieren van Schagen, Albrecht, tweede heer van Schagen, is schepen van de stad Haarlem in de jaren 1567 tot en met 1571, 5 jaar lang. Hij is dan ook al officieel zijn vader opgevolgd als heer van Schagen. Wat Willem van Beieren van Schagen verder in en voor Haar lem heeft gedaan in de jaren tussen 1475 en zijn dood voor 15 juni 1500 blijft duister. Duve Jacobsdochter Raat zijn derhalve: Jacob, Willem, Aechte en Janne Johanna). Jacob en Willem zijn beide vrij jong en in ieder geval ongehuwd overleden. drie broers, waardoor Jan nu de oudste is). Hieruit blijkt dat zij vindt dat Willem de bastaard niet zo goed gezorgd heeft voor Willem, zijn jongste zoon. De werkelijk heid was anders. Waardoor het Willem nu niet zo goed gaat, is onbekend. Door deze briefweten we ook dat Willem is overleden tussen 20 februari 1496 en 15 juni 1500. Willem krijgt geld van zijn nicht Jozijna van Schagen Dat het Willem van Schagen daar in Haarlem tenslotte niet echt voor de wind ging blijkt uit het onderstaande. Dat is tevens het laatste wat we over hem vernemen. De familie van Beieren van Schagen heeft gewoond in Haar lem, zij hebben daar een huis gebouwd dat nu nog bekend is als het Huis van Schagen, het staat in de Koningsstraat. Ook Jozijna, de dochter van Albrecht van Schagen, en vrouw van Schagen, heeft gewoond in Haarlem. Zij had een huis in de Smeetstraat, waar zij haar testamenten heeft opgemaakt in de jaren 1530 tot 1543. Filips de Goede laat in deze briefweten dat hij de handelwijze van Jozijna van Schagen onmiddellijk en van harte goedkeurt, omdat Willem gedecendeert is (afstamt van) van de Edelen bloede van wijlen hertoge Aelbrecht van Beijeren Grave van Henegouwen, van Hollant etc. waer zijn vader een zone was van de voorschreven Aelbrecht... Op 20 februari 14969) gaat Filips de Schone ermee akkoord dat de Vrouwe van Schagen, Jozijna van Schagen, getrouwd met Joost van Borsselen, een jaarlijks bedrag van honderd kronen toekent aan Willem van Schagen, haar oom. In deze brieflezen we dat zij haar oom en zijn kinderen een warm hart toedraagt: ‘...ende om sonderlinghe lieffden en gunsten die sij heeft en dragende is tot Willem van Schagen haeren oom ende sijne kinderen en de bijsonder omdat den selven Willem van Schagen nijet soo veel versien is van goeden bij wijlen sijnen heervader Willem Heere van Schagen en de vader van de voorscreven Vrouwe van Schagen (zijn broer Aelbrecht), als Jan van Schagen, sijnen outsten broer (inmid dels is haar vader Aelbrecht overleden; zijnde oudste van de Haarlem In de lijst van burgemeesters van Haarlem, komen we Willem van Schagen tegen in 1494 en als schepen in 1489, 1493 en 1497.8) Jan van Schagen, zijn broer, is schout in Haarlem in 1478, 1482 en 1499 en schepen in 1499, hij is burgemeester van Haarlem in 1479 en 1514. Karel Numan 22 Geraadpleegd: 1) Akte van huwelijksvoorwaarden van Willem van Schagen en Johanna van Hodenpijl, 1430, authetiek afschrift, 1655 (Rijksar chief Noord-Holland, RANH, toegangsnummer 133, inventaris nummer 16). 2) Akte van octrooi van Philips van Bourgondië voor Willem van bastaard van Holland om zijn kinderen jaarlijks een rente uit de helft van de tienden, visserij en goederen van de Schagerkogge te schenken, 1444, ath. Afschfit 1656 (RANH, toeg.nr. 133, inv. nr. 51) 3) Huwelijksvoorwaarden tussen Belye, natuurlijke dochter van Willem, bastaard van Holland, heer van Schagen en Eerst (Aerst) Creyts, zoon van zijn zwager Geryt Creyts. 1459 1 char ter (Nationaal Archief in Den Haag, NL-NaNA, toegangsnummer 1.10.01, inventarisnummer 361) 4) Akte van octrooi van Philips van Bourgondië voor Willem de bastaard van Holland, tot bedijking van de Zijpe, waardoor de heerlijkheid Burghorn ontstaat, 1456, authentiek extract 1650; met een akte van legalisatie door schout, burgemeesteren en schepenen van ‘s -Gravenhage 1651, met wee afschriften, z.j. (19e eeuw) (RANH, toeg.nr.133, inv.nr. 25) 5) RANH, toegangsnummer 133, inventarisnummer 132. 6) H. Ankum, La cessationn de la minorité. Tijd schrift voor Rechtsgeleerdheid 44, (1976), 291-335; S.J.Fockema Andreae, De Meerderjarigheids-termijn en De vervroegde meerderjarigheid Bijdragen tot de Neder- landsche Rechtsgeschiedenis, 1e bundel, (Haarlem 1888); Eeuwig edict van Keizer Karel V; http://de-wit.net/bronnen/histo/ eeuwig_edict_keizer-karel-1540.htm. 7) NL-HaNA, toegangsnummer 1.10.01, inventarisnummer 359. 8) D. Guldewagen en P. Steyn, Naam-Register van de Heeren van de Regeering der stad Haarlem, van de Ministers vandien; en van derzelver commissien; als mede van eenige ampten en employen binnen dezelve (Haarlem 1732). 9) RANH, toegangsnummer 133, inventarisnummer 48

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kakelepost - Schagen | 2019 | | pagina 22