Krans, Domper, Bruin, D. Krans, Barnsteen, Bruin, Deutekom,
Houtzager, Kuiper, Brouwer, Knikker, Van Meer, Kos, Trompet
ter, Van Scheijen, Jacob Krans.
Hierbij moet worden aangetekend dat Koelman, Roggeveen,
Stolp en Kos er een stal hadden, dat Knikker er een pakhuis
had en Jacob Krans een slagterij. Wat er in die stal stond is niet
duidelijk.
Een paar namen van eigenaren vinden we ook onder de bewo
ners, maar het is niet gezegd dat het dezelfde mensen zijn.
Zeven jaar later, in 1779, is het aantal stallen toegenomen, het
zijn er nu acht. Het pakhuis is weg, de slagterij ook. Het meest
opvallende is echter dat het verloop in de bevolking van de
straat zeer groot is. Zeer veel van de namen die we aantroffen
in 1872 zijn er in 1879 niet meer, vele andere zijn er voor in de
plaats gekomen. Dat geldt ook voor het wijkregister van 1889.
Ter demonstratie volgen hier de achternamen van de bewoners
van de Nieuwstraat in 1889:
Overtoom, Scheijen, (stal), (stal), Vos, (stal), Koorn, Kieze-
ling, (pakhuis), (stal), Dekker, Stoop, Westendorp, Dignum, de
Jongh (Joseph), Burger, Plukker, Koeman, Klaassen, Moulin,
Wit, Peesen, wed. Carsten, Ruig, Houtkoper, Grootes, Brouwer,
Wit, Langedijk, Schram, Biesboer, Hoogerwerf Egbergen,
Corbié, Breed, Snaas, Jonkman, Egbergen, Lampe, Van der
Poel, Wit, Wahlen, Jonkman, Tames, Snaas, Dekker, Pagano, de
Boer, Paters, Windt, (stal), Alles, Scharlewi, Kok, (boet), (stal),
Grootes, (stal), Wit, Kapitein, Snijders, Kiezeling, Domper,
Kuipers, Koomen, Mooij, Vilten, Jonkman, Weeland, Snijders,
(stal), Slot, Kossen, Pater, Meurs, Westendorp, Pater.
Sommige namen zien we in beide jaren, 1872 en 1889, zeer vele
ook niet. De Nieuwstraat is weliswaar voor sommige families
een vaste woonstek, maar voor zeer vele een doorgangshuis en
allesbehalve een doorzonhuis.
De grote veranderingen
In het begin van de 20e eeuw kondigen zich de grote verande
ringen aan. Het begin ervan ligt in 1878. In dat jaar koopt Gerrit
Boontjes een pand staande op perceel A582, een deel van het
vorige perceel A288, het derde perceel links vanaf de Markt, on
geveer halverwege de Nieuwstraat en hij richt dat in als pakhuis
in verband met zijn verhuur van rijtuigen.
In de jaren daarna hebben verdere aankopen plaats, o.a. het per
ceel ernaast. In 1929 wordt een garage ingericht met een uitgang
- via de oude schoolsteeg - naar de Markt, die dan allang geen
Kerkebuurt of Plaats meer heet. De benzinepomp staat aan de
Nieuwstraat. De familie Boontjes is dan niet langer alleen ca
féhouder, maar ook door de verhuur van rijtuigen aan het eind
van de 19e eeuw, garagehouder en winkelier in de 20e eeuw. In
1988 heet het bedrijfbij het kadaster "Cor Boontjes Beheer BV,
winkelruimten, bovenwoning en opslagterrein".
De Nieuwstraat in zijn laatste dagen.
9