Driemaal is stadsrecht
Geen kleinigheid, want het kwam nog eens extra boven op de al
bestaande belastingen.
Het werd er echter in Schagen en directe omgeving allemaal
niet duidelijker op. Op 29 juni 1427 gafPhilips aan zijn oom,
Willem, de bastaard van Holland, natuurlijke zoon van hertog
Albrecht van Beieren, vanwege zijn trouw en verdienste, dus als
beloning, de heerlijkheid van Schagen en de Schagercogge in
leen.
En de eerste heer van Schagen gafde stad vrijwel direct, op 6
augustus 1427 nieuwe, zeer uitgebreid beschreven stadsrechten.
Maar dat ging uiteraard niet allemaal zonder slag ofstoot. Het
leverde een stevig conflict op met Philips van Bourgondië.
Want volgens de heersende regels mocht alleen hij, als graaf
van Holland, de landsheer, stadsrechten uitgeven. Heer Willem
was daartoe niet bevoegd; hij had het gebied immers slechts in
leen. Krachtens een Sententie van de Grote Raad - het hoogste
rechtscollege in Holland - van 12 april 1436 moest Schagen
alle stadsrechten inleveren, dus ook die van heer Willem. Terug
bij af Drie maal stadsrechten ontvangen - en niets meer over.
De soep werd echter kennelijk niet zo heet gegeten als ze werd
opgediend.
Het getij keerde wonderlijk snel: op 13 mei 1436 besliste
diezelfde Grote Raad: 'De zaak zal blijven staan in goede vrede'.
Een pas op de plaats. Kort daarna, op 24 juli 1436 herriep
Philips van Bourgondië zijn intrekking van de stadsrechten en
machtigde hij heer Willem van Schagen 'dadinge' te treffen met
de inwoners van de stad.
Het stadsbestuur
Ook voor de invoering van het ste-
derecht kende men al een vorm van
dorpsraad.
Het stadsbestuur van Schagen bestond
na de invoering van het stadsrecht uit 7
schepenen, 2 raden lees: burgemeesters)
en een schout die benoemd werd door de
landsheer.
Besturen was in de middeleeuwen alleen weg
gelegd voor mensen met bezit. Wie niets ofweinig
bezat, het hoofd met veel moeite boven water kon
houden, had in welk bestuur dan ook geen inbreng. En
vrouwen deden al helemaal niet mee.
Dat was met het nieuwbakken stadsbestuur dat er na de stads
rechtverlening moest komen niet anders. inden eersten sullen
wij uut vijftich die rijcste knapen van Schagen kiesen ofdoen
kiesen alle jairs zeven scepenen ende twee raden... In het stads
recht van 1427 wordt deze groep heel nauwkeurig omschreven:
'die sullen ghegoet wesen tot hondert nobelen, van eygheliken
ghoeden of daarboven'. Men moest dus zeer welgesteld zijn om
aan deze bestuursverkiezing mee te mogen doen.
Op Nieuwjaarsdag kwam men op het koor van de kerk samen
om het nieuwe stadsbestuur te kiezen. Deze belangrijke verkie
zingen werden op het koor van de kerk gehouden omdat het
raadhuisje, het 'rechthuijs', daarvoor veel te klein was.
Dat stadsbestuur deed dus - anders dan nu - maar 1 jaar
dienst; dat gold voor de schepenen, dat gold ook voor de raden
(lees: burgemeesters). Dat was niet onbelangrijk want een
functie in het stadsbestuur nam veel tijd - de burgemeesters
vormden een soort 'dagelijks bestuur' en hadden er een dagtaak
aan - en anders dan nu vervulde men deze functies volledig pro
deo. Functies in het stadsbestuur kostten alleen maar geld, maar
leverden wel aanzien op; het is daarom niet verwonderlijk dat
men voortdurend dezelfde namen en families in deze functies
tegenkomt. Ook in Schagen.
Die verkiezing op Nieuwjaarsdag ging als volgt:
Schagen telde in de eerste helft van de 15e eeuw zeven wijken:
Hemkewerf Wijbedewerf Loet, Nes, Dorpen, Grotewal en
Lutjewal; geen Markt, geen Hoogzijde, geen Laagzijde of
Hoep. De meest gegoede bewoners uit deze wijken kwamen op
Nieuwjaarsdag op het koor van de kerk op de Markt bij elkaar
en kozen via de boonloting hun vertegenwoordiger. Deze kies
mannen stelden een lijst op van veertien kandidaat-schepenen,
uit elke wijk twee. De schout koos vervolgens - al dan niet in
overleg met de heer - de zeven nieuwe schepenen en nam hen
de eed af.
De zeven kiesmannen stelden een voordracht op van vier
Deze derde stadsrechten, van 6 augustus
1427, de meest uitgebreide, verstrekt
door de eerste heer van Schagen, zijn in
gebruik geweest tot de opheffing van alle
stadsrechten in de Franse tijd.
Philips van Bourgondië
15