in de Tweede
en wat er van in 2015 nog te zien is
Toen de eerste Duitse troepen op donderdag
16 mei 1940 in Schagen aankwamen, moes
ten ze natuurlijk ergens ondergebracht worden.
Huisvesting
De manschappen vonden onderdak in scholen en in de
herbergen en hotels rond de Markt. De officieren werden bij
particulieren ondergebracht. Zo was in de ULO-school een
muziekkorps van het Duitse leger ondergebracht en de Land
bouwschool aan de Zuiderweg huisvestte Duitse militairen met
een honderdtal postduiven.
Bunkers
Op de toren van de kerk op de Markt stond een uitkijkpost van
het Duitse leger.
Op een gegeven moment kwam de Divisionsstab Nordholland
in Schagen. Dat betekende dat er een generaal kwam wonen
in de Herenbosstraat en er werden bijna 100 bunkers, alsmede
tankgrachten, prikkeldraadversperringen en talrijke mitrailleurs
nesten in en om Schagen aang
Versperringen
Twee gesloten ringen van prikkeldraadversperringen omgaven
Schagen. De buitenste liep aan de Noordzijde langs het Rapen-
pad, oostwaarts naar de spoorlijn, daarna zuidwaarts tot bij de
huizen van de Thorbeckestraat. Daar kruiste hij de spoorbaan
en liep met een bocht zuidwaarts naar de Hoep, buiten het
kerkhof om naar de provinciale weg nabij de Ford garage. De
ring volgde voorbij de spoorlijn de binnenzijde van de voor
malige trambaan en voorbij de bocht in de provinciale weg de
buitenzijde daarvan, noordwaarts tot over de Loet. Daar kruiste
hij de oude trambaan om bij het Rapenpad weer aan te sluiten.
Keermuren
Waar deze versperring de wegen kruiste, waren z.g. keermuren
van gewapend beton gebouwd met mitrailleursnesten. Deze
keermuren bestonden uit twee gedeeltelijk langs elkaar heen
springende delen zodat zij moeilijk te passeren waren. Dit was
het geval op de Loet en de provinciale weg.
De wegen het Noord bij het Rapenpad en de Hoep voorbij het
kerkhofwaren geheel afgesloten met keermuren. Over deze
muren werd later een houten trap gebouwd voor voetgangers.
De binnenste versperring
De binnenste versperring liep aan de noordzijde langs het Oude
Slot, door de tuinen van de huizen aan de Hoogzijde, kruiste de
Laan waar nu het gemeentehuis is toen het gebouw van druk
kerij Trapman) en liep vandaar naar de Johanna van Hodenpijl-
straat. Daarna ging hij zuidwaarts door de Cornelis Bokstraat en
over de Landbouwstraat naar het Plantsoen. Van daar ging hij
achter de huizen van de Spoorlaan en de Regentenstraat langs
en westwaarts via het IJsclubterrein naar het voetbalveld en
boog tenslotte noordwaarts terug naar Het Oude Slot.
Bunkers en bunkers
Het gebied van Schagen kende diverse soorten bunkers, o.a.
schuilbunkers, voorraadbunkers, verplegingsbunkers en
natuurlijk de elektra-bunker op de Witte paal en de bunker
langs de weg naar Kolhorn. Dit was een radarpost met de naam
Sneeuwklokje. Het is te begrijpen dat zoveel bunkers op een
kleine plaats als Schagen in die tijd, inhield dat er in bijna elke
tuin wel een bunker stond.
De grootste was de Divisionsstab-bunker op het Torenplein.
In de Oude Slotstraat was de z.g. Hauptnachrichten-bunker die
was ingericht als telefooncentrale.
Vaak leken de bunkers van buiten op normale woonhuizen,
compleet met geschilderde ramen en een rood pannendak.
Schagen als vesting
wereldoorlog
26