De schout wordt aangevallen
Heden den 13.12.1822 s middags twee uur heb ik ondergetekende
Pieter Westinghschout van de gemeente Schagen, mij om enige kleine
affaires begeven op het raadhuis te Schagen en wederom naar beneden
willende gaan heeft mij daar aan de trap tegengehouden Willem Boon
acker zoon van de deurwaarder Gerrit Boonacker op het raadhuis te
Schagen woonachtig, die mij te kennen gaf aldaar met mij te willen
spreken hetwelk wij om de toon die hij zich aanmatigde en uit hoofde
van de door mij tegen hem begonnen rechtelijke aanklacht op die plaats
en tijd niet gelegen kwam, ik hem te kennen gaf hem voor de rechter te
zullen spreken. En daarop mijn weg willende vervolgen heeft hij mij
daarin belet niet alleen met zich al vloekende en dreigende tegen de deur
te stellen, maar ook door het slot toe te draaien en de sleutel in de zak
stekende waarna hij mij te lijf wilde gaan.
Intussen zijn opdan moeder en zuster en de vrouw van Pieter Oijevaar
op het gerucht van binnen naar het voorhuis gekomen en hebben Wil
lem Boonacker zo veel mogelijk tegen gehouden doch zoude zulks niet
hebben kunnen volhouden ware het niet dat Willem Boonacker van
kwaadheid neergezogen en van zichzelvegevallen was als wanneer men
hem de sleutel van de deur ontweldigd en de deur opengemaakt heeft.
Behalve de evengenoemde personen die bij het fait present waren is Pie
ter Oijevaar, dienaar der gemeente, intussen aan de deur van 't raadhuis
geweest om er in te komen
Vreselijk vloekende en brullende zijne
ouders buiten de deur dagende
Dan dezelve gesloten vindende en een zo vreselijk geweld in het
voorhuis horende heeft hij zich gehaast onder de waag de achterdeur
in te komen, daar het huis tamelijk lang zijnde zo is in die tijd het juist
gebeurd dat Willem Boonacker van zichzelven viel, de deur geopend
en de ondergetekende er uit gegaan is zonder van Pieter Oijevaar iets
vernomen te hebben, hebbende hij Pieter Oijevaar gemelde Willem
Boonacker nog gevonden leggende in het voorhuis op de grond gevon
den van zich zelve waarvan dit tegenwoordig proces verbaal hebbe
geformeerd en getekend met Pieter Oijevaar voornoemd en desselfs
huisvrouw juffrouw Jussianna Numan ten dage en jare als boven staat.
Na gedane voorlezing heeft Stephana Margareta Numan hier boven
abusivelijk genoemd Jussianna Numan verklaard door Willem Boon
acker nadat hij op de grond gevallen was niet geheel van zich zelve lag,
bij dat hij ook op haar instantelijke eisch om de sleutel van de deur die
ook alstoen aan haar overgegeven heeft en dat hij daarna geheel buiten
kennis scheen te zijn.
Was getekend: Stephana Margaretha Numan, P Oijevaar, Westingh.
Eindelijk voor de rechter?
Zou het dan eindelijk gelukt zijn om Willem voor het gerecht
in Alkmaar te krijgen. We weten het niet helemaal zeker. Uit een
verklaring van de schout van 1 december 1823 valt op te maken
dat hij in elk geval veroordeeld is tot het betalen van een boete
te hoog voor iemand zonder beroep en dus zonder inkomsten
om die te kunnen betalen. Deze verklaring luidt als volgt:
"De schout van de Gemeente Schagen verklaard dat Willem Boonac
ker is een behoeftig persoon zonder middelen van bestaan en zonder
eigen goederen en dus buiten staat om eenige Boeten of gerechtskosten te
betalen waarvan dezen tegenwoordigen is geformeerd en afgegeven om
te strekken als naar behooren. Schagen 1 December 1823. De schout
voornoemd."
Willem bedreigt zijn ouders
Wat zijn ouders hem hadden aangedaan staat niet in de archie
ven. Maar wat er ook gebeurd was, hij was kwaad geworden.
Was hem de deur gewezen na onmatig drankgebruik? We
weten het niet. Hoe dan ook, hij maakte zoveel kabaal dat uit de
hele omgeving nieuwsgierigen kwamen toelopen zoals blijkt uit
het volgende proces-verbaal:
"Heden 26.8.1824 s middags 2 uur compareerden voor ons onderge
tekende schout van de gemeente Schagen, Pieter Oijevaar, veldwachter,
Gerrit Bruin, timmerman, Willem Laan, zadelmaker, Anthonius Rig-
ters, winkelier, Lourens Bruns, koopman, Arie Roggeveen, zilversmid,
Jacobus Numan, deurwaarder, Anthonie Dragers, koopman, Frederik
van der Geer, kastelein, André van Cantfort, azijnmaker, Frans van
Cantfort, zonder bepaald beroep, Willem Denijs, winkelier, Emanuel
Sloog, koopman. Allen, behalve Frans van Cantfort te Schagen woon
achtig, zijnde hij Frans van Cantfort woonachtig te Brussel.
Dewelken verklaarden dat zij gisterenavond omstreeks tien uren van
verre hoorden dat er op de Marktplaats een buitengewoon geweld was
en dat zij weldra gewaar werden dat dit geweld veroorzaakt wierd
door Willem Boonacker (regel onleesbaar) en de vensters van het
raadhuis slaan en schopte daarbij vreselijk vloekende en brullende zijne
ouders buiten de deur dagende en bedreigde.
Dat de eerste ondergetekende hierop toetredende bij Willem Boonacker
is gegaan en hem vermaand heeft zich stil te houden en te bed te gaan
en dat Willem Boonacker zich daaraan niet gestoord heeft maar in te
gendeel van de stoep van het raadhuis op de straat is gesprongen Pieter
Oijevaar heeft aangegrepen en hem op de grond gesmeten en geslagen
heeft en hetwelk hij daarna nog wederom herhaald heeft, hebbende hij
Pieter Oijevaar door de menigte toegeschoten personen ontzet moeten
worden om dat laatstgenoemde in lichaamskrachten in lange na niet
tegen Willem Boonacker konden opwegen.
Dat zij voorts met hun allen Pieter Oijevaar hebben moeten bijstaan
Willem Boonacker overleden in Haarlem.
Op heden den
negen en veertigzijn voor onsArabtena
- achttien lion
'an den Burgerlijken Stand der Stad Haarlemverschei
Z3e-~j>van de overledenewelke ons hebben verklaarddat op
des middags ten-^^r^3*tu
wonende<-^_£
wonendei
jaren van
'Wijk is over!ed
in het huis staande
geboren
in den ouderdom van
van beroep«4^
ond hebbende
En hebben wij hiervan deze akte opgemaaktwelke na voorlezing is onderteekend door ons
door de beide aangevers.
7