van Schagen 150 jaar kloosterleven Het St. Catharina-convent Deel 3 (slot) In 1576 kiest ook Schagen voor de nieuwe leer en het nieuwe bewind. Rooms-katholieke kerkelijke bezittingen worden in beslag genomen door de burgerlijke overheid. De conventsgoederen van het St. Catharinaklooster worden voortaan beheerd door wereldlijke administateurs. Op 9 maart 1577 krijgen schout, schepenen en regeerders van Schagen, op hun verzoek, uit naam van koning Philips II, toestemming om het klooster om te zetten in een weeshuis. Er wonen dan nog 9 kloosterzusters in het convent. Zij mogen er tot hun dood in blijven wonen en ontvangen een jaarlijkse alimentatie voor hun levensonderhoud. Het octrooi Alhoewel het octrooi begint met de bekende aanhefvan Philips, koning van Spanje, heer van Friesland, enz. blijkt enkele regels verder dat Willem van Oranje, als zijn stadhouder, het octrooi heeft verleend. Zo is officieel de politieke situatie: De Neder landen zijn weliswaar in opstand tegen de Spaanse koning en Willem van Oranje leidt deze opstand, maar de Staten-Generaal hebben hem nog niet afgezworen als hun vorst; Philips II is for meel nog steeds heer der Nederlanden en Willem van Oranje is formeel nog steeds zijn stadhouder. In het octrooi wordt nauwkeurig aangegeven waarom de regeerders van Schagen verzocht hebben om het klooster gebouw te mogen gaan gebruiken als weeshuis. Door brand en overstromingen tellen de dorpen langs de duinkant veel weduwen en wezen die veelal naar de heerlijkheid van Schagen zijn getrokken. Die last drukt zwaar op de Schager gemeen schap. Aangezien het klooster maar voor een klein deel wordt bewoond door 'de voornoemde bagijnen' wil men het gebouw als weeshuis gaan gebruiken en bovendien 'dat de portie van afstervende bagijnen ende zulks consequentelijk des voorsz. cloosters goederen en land, wesende in alles omtrent veertien morgen successivelijk naar des voorsz. bagijnen overlijden mogten geemployeerd worden tot sutentatie ende onderhoud van de arme weezen'. Alle kloostergoederen dienen ten goede te komen aan het weeshuis. Zusters vertrokken om te kiezen voor een wereldlijk bestaan Volgens het octrooi wonen er in 1577 nog slechts 9 kloosterzus ters in het St. Catharinaconvent. De bloeitijd van het klooster is al lang voorbij. Hoelang er al geen nieuwe kloosterlingen zijn ingetreden, weten we niet; vrijwel zeker zijn er wel een aantal zusters vertrokken om te kiezen voor een wereldlijk bestaan. Niet zo vreemd, want de nieuwe religie ging niet aan kloosterlin gen voorbij en bovendien was een klooster in die jaren absoluut geen veilige plek. De 9 zusters worden in het octrooi niet met name genoemd. In verband met de alimentatie die hen voor de rest van hun leven wordt toegekend komen we wel iets te weten over de leeftijds opbouw: de 2 oudste zusters zijn 72 jaar - zij ontvangen 50 pond per jaar -, een viertal is jonger, maar boven de 50 jaar- zij ontvangen 40 pond - de 3 jongsten zijn tusen de 30 en 40 jaar oud en ontvangen 30 pond per jaar. De zusters mogen voor de rest van hun leven in (een deel van) het klooster blijven wonen. Het stadsbestuur wijst enkele administrateurs aan die verant woording moeten afleggen aan het stadsbestuur en - als daarom gevraagd wordt - aan de Rekenkamer van Holland. Deze cura- tores van de conventsgoederen', zoals ze aanvankelijk genoemd worden, gaan in de daaropvolgende jaren over tot herbestem ming van de conventsgebouwen, waaronder onder andere de inrichting van een weeshuis. Ondertussen doen zich regelmatig problemen voor tussen het stadsbestuur en de ex-kloosterlingen. De laatsten kunnen zich maar moeilijk schikken in hun nieuwe bestaan. Nog maar kort na de opheffing, in 1580, ontstaat er een heftig geschil tussen het stadsbestuur van Schagen en de Gedeputeer de Raden van Noord-Holland. Inzet is: wel ofgeen alimentatie voor een oud-bewoonster van het convent. Maritgen Gherytsdr. Van Hoochtwoudt blijkt omstreeks 1568 op 12- of13-jarige leeftijd in het klooster van Schagen opgenomen te zijn. Bij de Reformatie verlaat zij het klooster weer zonder haar professie te hebben gedaan; ze is dus nooit echt ingetreden. In 1580 meent Het vergeten klooster 16

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kakelepost - Schagen | 2014 | | pagina 16