Deze bouwwijze doet sterk denken aan de bagijnhoven die we
uit andere steden kennen.
Bagijnen: geen klooster, wel leven als een non
Eeuwenlang kent het dunbevolkte West-Europa een tamelijk
statische en vooral agrarische samenleving. In de 11e en 12e
eeuw komt daar verandering in. De bevolking neemt in snel
tempo toe, er vinden op grote schaal ontginningen van woeste
gronden plaats en het handelsverkeer neemt een grote vlucht,
waardoor oude en nieuwe steden een razendsnelle ontwik
keling doormaken. Dit gebeurt het eerst in zuidelijk Europa,
maar in de 13e eeuw vindt hetzelfde plaats in de Noordelijke
Nederlanden.
Niet alleen economisch en sociaal verandert er veel, ook het
religieuze leven komt in een stroomversnelling. De sterke be
volkingstoename in de steden stelt andere eisen aan de zielzorg
van de kerk en de veranderende levenspatronen hebben invloed
op het religieuze denken van de gelovigen. Kerk en kloosterle
ven zijn in verval. Er is sprake van stilstand en in veel kloosters
neemt men het niet zo nauw met de discipline, met de naleving
van de orderegels en de drie kloostergeloften van kuisheid,
armoede en gehoorzaamheid. Er heerst onvrede, men snakt
naar religieuze verandering en hervorming. Gelovigen zetten
zich af tegen de enorme rijkdom en protserigheid van de kerk
en de geestelijkheid. In het denken van de gewone christenen
gaat het ideaal van een leven in armoede en onthechting van het
aardse bezit een steeds grotere plaats innemen. En ook binnen
de kloostermuren zoekt men verandering. Dit hervormingsstre
ven leidt tot een kloosterbeweging die grote nadruk legt op een
strikte naleving van de bestaande regels.
Vanuit deze denkwereld ontstaan in het begin van de 12e eeuw
de kloosterorden van cisterciënzers en premonstratensers. Een
eeuw later sticht Franciscus van Assisi de bedelorde van de
minderbroeders of franciscanen.
Vooral bij vrouwen slaat deze religieuze opleving enorm aan.
Binnen de genoemde nieuwe kloosterorden worden veel
vrouwenkloosters en ook dubbelkloosters gesticht. Maar veel
vrouwen willen deze wel heel definitieve binding niet. Zij
kiezen ervoor om als leken - alleen ofgezamenlijk - de christe
lijke armoede in praktijk te brengen en te verkondigen. In de
volksmond worden zij 'bagijnen' genoemd. Zij gaan samen in
één huis, ofzelfs in een aantal huizen in een hofje wonen; vanaf
nrptv bff7<r»«y
Xv-t v,
V«v»*-
Kaart van de kasteelgronden in de 16e eeuw.
9