-fr:
aJsmi U*
Oud Archief Schagen, inventarisnummer 31 (Regionaal Archief Alkmaar)
fa&mgp:
ttw&ji w fctrcn ffrffe fr*Wr«rwic f5i«rcn tnj*«wfó* itimctt cfucn opL Mvc 11 ro^fte» fcvcffcti *C>aF v^fEn1 W€9*»c
ft»c^«(FI»it.ii«'^ci» ffciiSfcrfftrrf» W>rfwrfrtfcfi'm-S»tf Sicfrtflfccf-a,nUanZu^^H"Z?*** S*®*"***Mü%eWitT^rf*^'
fstertw» RtriSe-tCRwn«pgiaitouf>.wnimirwflfc-mcr f .pjdp fmfc^ r f.' .,ffil,ct'"c" r,p^wtt«,<wwc.
ff. .««own £t»e«n<£w> ^ofulCn rtflctbc,r«P«»**fe wVu-nnenfteL,^ L Tn ^J*Ktu^^<WncncmjVst«,m''ai^t>e" M „laBoff"e',,t,a ^"'f
i.<0(41 aijed&ifrh Gmrfitta Uviircaik; .rt*}C rfj»vc fvnf' Wt-n i f®tr(Hllt|cifl gnt^jf«?/nrö r *v« I"*1'** -3
(transcritpie door Karei Numan) (hertaling door Karei Numan)
1 Willem Bastairt te Hollant Ridder heer van Scaghen, ic
doe condt allen luyden dat ic voer mi ende voir minen
erven ende nacomelingen ende voir alle den ghenen die
mit my
2 ghedyct hebben inder nyeuwer dycaedze voir Scaghen
van Sinte maertens kercke int nuwelant tot burchorn
toe die van Scagercogge mijn onderzaten gegont ende
gegheven hebben
3 gonne ende gheve mit desen brieve alsulcke privilegiën
vryheden ende handvesten als hier nae gescreven staen
roerende van een sluze die ic heb doen legghen inden
ouden zeedyck byden
4 hale om dair doer te wateren mit dit nyeuwe bedycte
lant twischen den merken voirnoemd op die cogge van
Scaghen mijn onderzaten voirseijd. Inden eersten waert
zake datter een waelbraec
5 inden nyewendijck off datter een overloep van water
also groot quaem dattet nyeuwelant al gheheel mitten
zouten water bedoven wair. So soude scagercogge
voirnoemd sonder enige verbuer-
6 nisse dese sluze moghen toedammen sonder tegens
segghen van my ende van mynen erven of van yemant
anders. Ende dese sluze en sal dan ter tyt niet weder
opghedaen worden eer dat
7 nyeuwe bedycte lant beghint droech te blijven boven
water ende die wael offte overloep inden nyeuwen dyck
al gheheel ende wel ghemaect sal wesen by goetdunc-
ken vanden dyck-
8 grave heemraede van geestmanambocht ende die
wairscappen van Scaghen. Item wairt zake dattie van
geestmanambocht off yemant anders hadden enige
vryheden off toesegghen neven
9 harkesloet te wateren off tot enige ander stede doir dit
nyeuwe lant voirseijd dat sal ic ende mine erven weder-
staen na onsen vermoghen. Wairt oock dat ic ende mine
erven dat niet wederstaen
10 noch keren en mochten So sullen die van scagercogge
voirnoemd sonder verbuernisse dese sluze voirscre-
ven alheheel uten dyck moghen breken ende die pitte
weder vollen ende den dyc vast
11 maken tot hoiren wille sonder enige tegens seggen van
my ende minen erven of van yemant anders. Voertmeer
alle die visscheryen die verschinen of vallen moghen
inden nyeuwen
12 dyck off binnen den nyeuwen dyck in dit nyeuwe lant
voirseijd die sal wesen ghemyen mitten visscheryen
binnen den twee cogghen voirseyd sonder enige
vermeringe des pachts vanden vis-
13 scheryen vanden twien coggen voirseyd dan zij dair
mit recht jaerlixe off sculdich sijn. Item alst also ghebu-
ert datmen enich ghemyen were speten sal binnen den
twien coggen voirseyd totter
14 ghemyenen lants oirbair So sullen alle die ghenen die
in dit nyeuwe landt ghelandt syn totten ghemyenen
1 Willem Bastaard van Holland, Ridder, Heer van Scha
gen, ik maak aan iedereen bekend, dat ik namens mij en
namens mijn erfgenamen en nakomelingen en namens al
degenen die met mij
2 de dijk opgeworpen hebben in de nieuwe polder bij
Schagen vanaf de kerk van Sint Maarten in het Nieuw-
land tot aan de Burghorn, aan de inwoners van de Scha-
gerkogge, mijn onderdanen gegund en gegeven heb
3 gun en geef via deze brief zodanige privileges, vrijheden
en voorrechten als hierna beschreven staan, betreffende
een sluis die ik heb doen leggen in de Oude Zeedijk bij
de
4 Hale om daardoor dit nieuw bedijkte land tussen de
voornoemde grenzen uit te wateren op de Schagerkog-
ge, (dat wil zeggen) mijn voornoemde onderdanen. In de
eerste plaats mocht het gebeuren dat er een doorbraak
5 in de Nieuwe Dijk komt of een overstroming van een
zodanige grootte dat het nieuwe land geheel onderge
dompeld was in zout water, dan zou de voornoemde
Schagerkogge zonder enige boete
6 deze sluis mogen dicht maken zonder tegenwerpingen
van mij of van mijn erfgenamen of van iemand anders.
En deze sluis zal dan mettertijd niet weer opengemaakt
mogen worden voordat dat
7 nieuwe bedijkte land droog begint te vallen en boven
water blijft en de doorbraak of doorgang in de nieuwe
dijk geheel en al dicht gemaakt zal zijn met goedkeuring
van de dijk-
8 graaf heemraad van de Geestmerambacht en de waar
schappen van Schagen. Zo moet ook worden opge
merkt dat de Geestmerambacht of iemand anders enige
vrijheid had of de toestemming om behalve via
9 de Harkesloot of via een andere plek uit te wateren door
dit genoemde nieuwe land, maar dat zal ik en zullen mijn
erfgenamen verhinderen naar ons vermogen. Mocht het
zo zijn dat ik of dat mijn erfgenamen dat niet konden
verhinderen
10 of tegenhouden, dan zullen de inwoners van de ge
noemde Schagerkogge zonder boete deze genoemde
sluis geheel uit de dijk mogen breken en de put weer
vullen en de dijk dicht maken
11 naar believen zonder enige tegenspraak van mij of van
mijn erfgenamen of van iemand anders. En verder zal
visvangst die zich voordoet en die mogelijk zal zijn in de
nieuwe
12 dijk of binnen de nieuwe dijk in het nieuwe land op
dezelfde wijze benaderd worden als de visvangst in de
beide genoemde koggen, zonder meer te betalen aan
pacht voor de
13 visvangst van de beide genoemde koggen dan ze daar
rechtens elk jaar schuldig zijn.
14 Evenzo wanneer het zich voordoet dat men enig ge
meenschappelijk (spit)werk aan de dijk (ghemeyn were
9