aan Is het mij onverschillig of het publiek ten rechte often onrechte den apotheker wil en vertrouwt? Dat zult ge toch bij kalm nadenken moeten toegeven dat het een mijner eerste zorgen is. Doch genoeg. Nu ge mij in een voor u zoo kiesche en teere zaak dwingt positie te nemen, zijn feiten noodig; misschien verwondt ge u in uw eigen zwaard, doch dat hadtge moeten voorzien. 1°. Er was een associatie tusschen de 2 apothekers totstandgekomen, (dat ik zeer goed vond 2°. Het publiek wilde er niets van weten en wil niet in de apotheek van den Heer Hazeu bediend worden, waarvan ettelijke bewijzen voorhanden zijn, (op een morgen zijn 4 recepten buiten de gemeente klaargemaakt, op andere dagen weigeren de patiënten zelf naar den Heer Hazeu te gaan doch staan toe dat het recept door den Heer v.d. Wal, in de apotheek van den Heer Hazeu wordt klaargemaakt, dat vond ik hoogste verdrietig) 3°. Vond ik in uwe apotheek, behalve andere dingen, de balansen niet in orde en daaronder zelfs de milligram-balans, die toch wordt gebruikt om de sterkst werkende medicamenten aftewegen en dus zeer nauwkeurig moet zijn, (dus hoogst gevaarlijk voor het publiek en niet vertrouwen inboezemend voor den medicus). 4°. Blijkt uit het voorgaande, dat ik niet partijdig en niet vijandig gezind was, toen ik u voorstelde op grond dier feiten de apotheek weer te verplaatsen naar den Heer v.d. Wal, waaraan gij den naam zoudt leenen, doch alles door en bij den Heer v.d. Wal moest worden klaarge maakt. Daarmee werd een drieledig doel bereikt: 1°. Was ik gerust, 2°. Was het publiek tevreê, 3°. Waart gij geholpen. Ten slotte moet ik u herinneren dat mijne bedreiging wanneer aan het laatste verzoek niet werd voldaan, alleen heeft bestaan in het bezi gen der woorden: "Zoo niet, dan zal ik andere maatregelen moeten nemen." En natuurlijk, ik kan niet werken meteen apotheker dien het publiek niet wil (of vertrouwt?en dien ik op allerlei, om een zacht woord te gebruiken, nonchalances betrap. Ziedaar, waarde Heer, het belang dat ik in de zaak had, ge wist het even goed als ik, doch het schijnt dat ge 't liever hadt dat het van de daken worde gepreekt. Het zij zo. Ge hebt het gewild. Dr. J. ENSING' Wat er verder is besproken en gesproken tussen alle betrok kenen, onttrekt zich aan onze waarneming. Maar op 18 juli 1886 schrijft dokter Ensing een advertentieachtige ingezonden briefin de Schager Courant. Er zijn inmiddels drie en een halve maand verstreken. En er is vast het een en ander gebeurd. De ondergeteekende verklaart dat de scherpe toon van zijn schrijven, in de Schager Courant vanl April jl, tegen zijne bedoeling den Heer WA. HAZEU materiëele schade heeft berokkend. Zijn (d.w.z. Ensings) artikel was een verdedigingen bedoelde geen aanval. Men zoude zijne meening geheel onjuist opvatten, indien men hem beschouwde als een tegenstander van de Apotheek van den Heer HAZEU. Overigens gevoelt hij zich verplichtte constateeren, dat het geneeskun- dig-staatstoezicht bij eene in April jl gehoudene inspectie, alles in die Apotheek ingoede orde heeft bevonden, waarvan aan den ondergeteek ende door den Heer Adjunct-Inspecteur schriftelijk is kennisgegeven. Schagen, 28 juni 1886. Dr. J. Ensing.' En daarmee was de vrede getekend. Er zijn nadien geen berich ten in de krant gevonden over deze affaire. Hazeus maatschappelijke activiteiten Hazeu is jarenlang actief als lid van de gemeenteraad, als wet houder en soms als burgemeester ad interim. En hij blijft actief tot vlak voor zijn dood, zoals blijkt uit de bewoordingen die aan hem worden gewijd in de raadsvergadering van 27 oktober 1897. Die vergadering is bijna geheel gewijd aan de begroting van Schagen, maar aan het eind wordt de ingekomen brief behandeld waarin Hazeu zijn ontslag aanbiedt. De voorzitter neemt het woord: 'Mijnheer Hazeu, de vergadering zal met mij ongetwijfeld eerbiedigen de redenen, die U tot het nemen van ontslag hebben bewogen. Bij Uw hoogen leeftijd moet het ontheffen van de plichten, die het Wethouder schap en de betrekking van Raadslid medebrengen, wel eene verade- Apotheek aan de Koningstraat in Haarlem, in 1850 gekocht door Hazeu van Beets. Het vervolg

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kakelepost - Schagen | 2012 | | pagina 6