mmm WTOiiwrm dat de PTT-beambte Bongenaar meende dat de overvaller hem vagelijk bekend voorkwam en dat hij hem waarschijnlijk wel zou herkennen. Van Dijk besloot daarom Bongenaar een aantal foto's voor te leggen die kort na de bevrijding door de lokale fotograaf Niestad van verzetsmensen te Schagen genomen wa ren. Deze foto's toonden de verzetsmensen in hun functie van leden van de Binnenlandse Strijdkrachten terwijl ze arrestanten afvoerden of in formatie door Schagen paradeerden. En op één ervan meende Bongenaar inderdaad de dader te herkennen. Deze man bleek een zekere Jacob Schoorl te zijn, roepnaam Jaap. Op grond van deze verdenking werd in nauw overleg met de officier van justitie eerst nog geruime tijd nader onderzoek naar deze Schoorl gedaan. Dit bracht onder meer aan het licht dat Jaap Schoorl ernstige financiële problemen had gehad en dat die na de overval leken te zijn opgelost. Toen na twee weken vol doende bezwarend materiaal verzameld was, besloot de politie op vrijdag 4 maart 1949 tot arrestatie van Schoorl over te gaan. Die vrij dag was Jaap Schoorl aan het eind van de middag van zijn werk thuisgekomen. Hij had een baan als tuinman in de kwekerij van bloemist Kuiper in Wieringerwerf en had sinds kort - namelijk sinds een week na de overval van 16 februari - een noodwoning betrokken in de Raadhuisstraat aldaar (nu Prof Granpré Molièrestraat). Kort na zijn thuiskomst, rond 17.45 uur, werd Schoorl in zijn woning door de politie aange houden. Hij werd meteen overgebracht naar het politiebureau te Winkel, waar in een cel het verhoor begon. Schoorl ontkende aanvankelijk alles. Maar tezelfdertijd werd zijn woning door zocht, waarbij op allerlei plaatsen bankbiljetten werden aange troffen, in totaal ongeveer 8000 gulden. Uiteindelijk, laat in de avond, bekende Jaap Schoorl dat hij de overval gepleegd had. Het had Jaap Schoorl ook allemaal niet meegezeten. Van jongs af aan al niet. Hij was op 1 augustus 1920 geboren aan de Loet in Schagen als negende kind in het gezin van de landarbeider Arie Schoorl en zijn vrouw, een gezin dat uiteindelijk elf kinde ren zou tellen. Maar zowel binnen het gezin als daarbuiten was Jaap altijd het buitenbeentje geweest - ook letterlijk, want hij liep al van jongs af aan enigszins mank. Dat sloot hem in zekere mate buiten - voetballen met vriendjes was er bijvoorbeeld niet bij - en bezorgde hem het gevoel minder te zijn dan de anderen. Maar het bracht hem er tegelijkertijd ook toe te proberen dit gevoel te overstemmen door zich als durfal te doen gelden. Bo vendien had hij zijn eigen kwaliteiten, waaronder een creatieve en kunstzinnige aanleg, een uitstekende handvaardigheid en een mooie zangstem. Na de lagere school gingjaap werken als tuin man in de kwekerij van bloemist Kuiper in Schagen. Hij werkte daar ook nog tijdens de oorlog, vermoedelijk tot in 1944. Tijdens de bezetting koos Jaap voor een actieve rol in het verzet in Schagen. Hij bracht het tot compagniescommandant bij de Binnenlandse Strijdkrachten en nam onder meer deel aan het 'opvangen' van wapendroppings, dat wil zeggen het verzamelen en afvoeren van door de geallieerden afgeworpen wapens. Over zijn koelbloedigheid doen verschillende verhalen de ronde. Zo zou hij in de Hongerwinter eens bij een transport van wapens die op een handkar onder een zeil verborgen waren door een groep Duitse soldaten zijn aangehouden voor de controle van zijn persoonsbewijs. De Duitsers namen aan dat hij op hon gertocht was geweest en voedsel vervoerde. Jaap bleefkalm en beaamde dat. Hij zou zelfs gebluft hebben: 'kijk zelf maar', wat wel ongeveer de loop is die dergelijke verhalen plegen te nemen. Hoe dan ook, de Duitsers geloofden het wel en hij mocht door. Kort na de oorlog gingjaap Schoorl naar Tijnje in Friesland om daar met zijn vriend Dirk de Leeuw, die hij al jaren kende, een eigen hoveniersbedrijf op te zetten, zoals ze zich dat beiden al tijdens de oorlog hadden voorgenomen. Maar die onderne ming liep op niets uit. Wel leerde hij in die tijd in Tijnje via Dirks vriendin een jonge vrouw kennen: Tjitske Akkerman, of'Jessie' zoals ze zich liever liet noemen. Jessie was een opvallend knappe verschijning, die van huis uit een behoorlijke levensstandaard gewend was. Maar aan een toekomstige echtgenoot kon zij naar de realiteit van die dagen geen al te hoge eisen stellen, omdat zij direct na de oorlog enige tijd op verdenking van collaboratie ge ïnterneerd was geweest (ze had vrijwillig in Duitsland gewerkt, op de tram in Hannover) én omdat zij de ongehuwde moeder was van een dochtertje dat in september 1946 geboren was. Maar voor Jaap stond dat hun vriendschap niet in de weg. Ze De PTT-beambte Bongenaar poseert daags na de overval in de deuropening waar de dader was binnengedrongen. Foto uit de Schager Courant van 17 februari 1949. De BS-Schagen voert kort na de bevrijding 'foute' perso nen af over de Gedempte Gracht. Vooraan, tweede van links Jaap SchoorI met stengun. Achtergrond en motief 18

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kakelepost - Schagen | 2011 | | pagina 18