r
op het Schager postkantoor
Gflr™ r
EsSiwt *is"iiffia«»i;:S*»r''
Schagen, woensdagochtend, 16 februari 1949.
Consternatie en onrust in het anders zo kalme
provinciestadje in de kop van Noord-Holland. In het
middelpunt van de opwinding staat een wat vervallen
negentiende-eeuws herenhuis aan de Laan, in het cen
trum van Schagen, waarin sinds 1901 het plaatselijke
post- en telegraafkantoor gevestigd was (tegenwoor
dig bekend als het Witte Huis, Laan 21). Leden van de
Rijkspolitie, onder wie een man met een speurhond,
zijn in en om het pand druk in de weer.
Onder de omstanders gonst het van de geruchten - een inbraak
of overval, zoveel lijkt wel duidelijk, maar wat er precies aan de
hand is, blijft nog enige tijd gissen. Daarover wordt de bevolking
later die ochtend ingelicht, als op de radio bekend wordt
gemaakt dat er een roofoverval op het postkantoor te Schagen
gepleegd is. Daarbij zou ruim 10.000 gulden zijn buitgemaakt.
Kort daarop verschijnt er een extra editie van de Schager
Courant, niet meer dan een enkele eenzijdig bedrukte pagina,
waarin uit de doeken wordt gedaan wat zich die ochtend heeft
afgespeeld - althans voor zover men daar op dat moment kennis
van heeft. De tekst, die door de bevolking ademloos gelezen
moet zijn, luidt als volgt.
Roofoverval op Postkantoor te Schagen
Gemaskerd man met trommel, inhoudende
ruim f 10.000,-, verdwenen
Hij belde aan
Vanmorgen om tien over half zes is in het Postkantoor aan de
Laan te Schagen een overval gepleegd, die de dader een buit van
ruim 10.000 in handen bracht. Het spreekt vanzelfj dat deze
brutale overval in dit zo vroege uur in Schagen en omgeving
grote opschudding verwekte. Naar de dader(s) werd door
de Rijkspolitie onmiddellijk een groot opgezette speurtocht
ingesteld, hoewel zover ons thans bekend nog zonder direct
resultaat.
Hoe het gebeurde.
De juiste gang van zaken was als volgt. Op dit uur van de dag
is de volledige bezetting van het kantoor niet aanwezig., doch
slechts de ambtenaar van de vroegpost, ditmaal de achttienja
rige J.N. Bongenaar, een besteller, en de chauffeurs van de beide
postauto's, die de eerste post naar de hulpkantoren brengen.
Om ongeveer half zes vertrok dit personeel, uitgezonderd de
jeugdige ambtenaar, naar het station om de om 5.39 uit Alkmaar
naar Den Helder rijdende posttrein te bedienen. Dit moment,
uitermate gunstig dus, schijnt de dader te hebben afgewacht,
hetgeen er op wijst, dat hij met genoemde gang van zaken op de
hoogte moet zijn geweest.
Er werd gebeld....
Wij laten nu de heer B. aan het woord: "Ik hoorde de bel van
de achterdeur gaan, welke voor de interne dienst is. Niets
bijzonders vermoedend, deed ik de deur open. Voor mij stond
Het oude postkantoor aan
de Laan in Schagen.
De roofoverval 949
16
