Deel 2 *-
In de eerste aflevering over Rapenburg kwamen de
oorsprong, de eerst bekende eigenaren, de schut
tersdoelen en de boomgaarden aan de orde. In dit
tweede deel wordt iets verteld over de uitbouw met
earners, de volgende eigenaren, de erfpacht en het
einde' van het huis Rapenburg.
De camer(s) bij of annex Rapenburg
Een earner is een eenkamerwoning, het kan een vrijstaand
huisje zijn. Het kan ook gaan om een eenkamerwoning die
onderdeel is van een groter huis.
(N.B. Een earner is volgens het Woordenboek der Nederland-
sche Taal o.a. een "klein huisje, woninkje van één verdieping, en
dat in hoofdzaak - te weten ongerekend een portaaltje en een
vlierinkje - slechts uit één vertrek bestaat."
Daarnaast is er sprake van een straatje
en een brug die de bewoners samen moe
ten onderhouden
Op 21 november 1591 verkoopt ene Huich Jacobsz een earner
aan Jan Gerritsz Winckel. Deze earner staat op het terrein van
Rapenburg:
"eenen earner met zijn erve staende ende leggende binnen
Schagen annex wesende het huijs genoemt Rapenburch tot
aende muere van 't voorseijde huijs metten loodts aenden
noortzijde vande voorseijde earner ende het erve nevens de
voorseijde earner soo aende suijtzijde als aen de westzijde vande
voorseijde earner tot aen 't straetken toe ofte de palen bij 't
straetkenstaende
(inv. nr. 5887, blz. 270)
Deze earner staat los van het huis Rapenburg maar er tegenaan
en wel zo dat er gerepareerd moet worden mocht de earner of
het huis worden gesloopt.
Verder weten we dat het erf voor deze earner loopt tot aan het
water en de bewoner(s) van het huis Rapenburg over het erf
van de earner moeten om bij hun woning te komen. Daarnaast
is er sprake van een straatje en een brug die de bewoners samen
moeten onderhouden. Dat straatje loopt naar de huizen maar
kennelijk niet ervoor langs, maar van het water af (waarover
een bruggetje ligt) langs de kamer, zodat de bewoners van het
huis Rapenburg wel over het erf van de earner moeten lopen
willen ze thuis komen. Kortom, de kamer is gebouwd tussen het
straatje en het huis in, tegen het huis aan.
Behalve deze earner telt het erf van Rapenburg nog een
losstaand huisje in de boomgaard, vlak ten westen van het ge
noemde straatje dus. Als op 30 juni 1612 de Heer van Schagen
Rapenburg in erfpacht verkoopt aan ene Peoom, dan verkoopt
hij:
Rapenburch, een sekere huijsinge, erf metten boomgaerden on
der de voorseijde huijsinge gehorich (bij het voornoemde huis
horend) "mitsgaders een huijsken daer Trijn Jacobsdr Knapes in
placht te woonen" (inv. nr. 5890 - blz. 41r).
En dat het niet gaat om de bovengenoemde kamer blijkt uit een
volgende transportakte die voor de schepenen passeert op 18
juli 1651In die akte wordt de overdracht geregeld van Rapen
burg met alles erop en eraan van Jacob Cornelisz Schagen alias
Peoom aan vader en zoon Cornelis Cornelisz Coningh. In die
akte lezen we over 'Rapenburch, erf en boomgaard, met vier
earners op 't selve erfgetimmert met het cleijne huijsgen in
deselve boomgaart';
Jacob Cornelisz Schagen alias Peoom, dan wonend in Hoorn
(inv. nr. 5893 - blz. 187r) heette zolang hij in Schagen woonde
Peoom, nu hij in Hoorn woont, is hij daar klaarblijkelijk bekend
als iemand uit Schagen met de achternaam Peoom.
Het huisje in de boomgaard, zoals dat vermeld wordt in (een
akte van) 1612 staat er nog in 1651
Bovendien blijken er nu vier kamers te zijn in plaats van een.
Rapenburg is een druk bevolkt punt geworden. Het huis met
vier kamers en een losstaand huisje in de boomgaard wordt
verhuurd en de inkomsten daarvan gingen naar de eigenaar, die
op zijn beurt erfpacht betaalde aan de Heer van Schagen.
Het huis Rapenburg en zijn eigenaars
De eerste eigenaar die we hebben leren kennen, is Aerian
Folkertsz. Vermoedelijk is de tweede eigenaar Aelbert Pietersz
Hoogelant geweest, maar dat is beslist niet zeker. De akten
geven daarover geen uitsluitsel.
In de genoemde akte gedateerd 2 januari 1603 wordt vermeld
Rapenburq