in Schagen
éhüé
m
M
In één van de vorige edities van de Kakelepost
worden de onverkwikkelijke gebeurtenissen
besproken die zich ten tijde van de 80-jarige oorlog
in het slot te Schagen hebben afgespeeld. Het artikel
behandelde de lotgevallen van o.a. Jan Jeroensz die
door het bestuur van Diederik Sonoy1 ervan verdacht
wordt dat hij nauw betrokken is bij een verraad van
rooms-katholieken. Deze lotgevallen worden sterk
beïnvloed door gebeurtenissen in andere delen van
de Nederlanden of zelfs daar buiten.
Het hele proces kan in een aantal fasen worden verdeeld,
namelijk:
De eerste fase van het onderzoek naar het verraad.
In deze fase wordt beschreven hoe in het Noorderkwartier
(West-Friesland) een sfeer van angst ontstaat en de gevolgen
die het heeft voor de daar wonende rooms-katholieken en de
reactie van de autoriteiten op de geruchten die ontstaan als
gevolg van deze angst.
De fase die leidt tot de verdachtmaking van Jan Je
roensz.
In deze fase wordt beschreven hoe de autoriteiten, nadat ze de
vermeende uitvoerders van het verraad gepakt en veroordeeld
hebben, op jacht gaan naar de organisatoren van het verraad.
De fase die leidt tot de vrijlating van Jan Jeroensz.
In deze fase wordt beschreven hoe de financiële situatie van
Spanje de gebeurtenissen in vooral Vlaanderen beïnvloedt. Dat
heeft dan weer gevolgen voor de vrijlating van de vermeende
organisatoren.
De afloop.
In deze fase wordt beschreven hoe de ontwikkelingen in andere
gewesten invloed hebben op de acties van de vermeende orga
nisatoren die hun recht proberen te halen.
De eerste fase van het onderzoek
naar het verraad.
In het begin van de jaren 70 van de 16de eeuw gaat het slecht
met de opstand. Alva2 is met een grote troepenmacht vanuit
Milaan in de zuidelijke Nederlanden aangekomen. Hij start
een harde vervolging van de protestanten, maar tevens wordt
een veldtocht voorbereid. Hij benoemt zijn zoon don Frederik3
tot bevelhebber van de infanterie en in 1572 begint deze don
Frederik de veldtocht. Snel wordt een aantal steden ingenomen
waarbij zeer hard tegen de verdedigers en de bevolking wordt
opgetreden. Hierbij wordt geen onderscheid gemaakt tot welke
religie men behoort, zelfs rooms-katholieke geestelijken worden
het slachtoffer van de Spaanse wraak.
Dan richt don Frederik zijn aandacht op het westen van de
Nederlanden en worden Haarlem en Alkmaar belegerd. Wan
neer Haarlem ingenomen wordt, is het gebied van de opstand
in tweeën gesplitst4. Alleen het gebied van Zuid-Holland met
omgeving en het Noorderkwartier (West-Friesland) zijn dan
nog in handen van de opstandelingen. Tot gouverneur van het
Noorderkwartier is Diederik Sonoy door Willem van Oranje5
benoemd. Deze Diederik Sonoy was een echte houwdegen,
als militair is hij in deze onzekere tijd waarschijnlijk zeer op zijn
plaats. Maar hij is ook een doordouwer die linksom of rechtsom
zijn zin doordrijft. Daarbij heeft hij een hartgrondige hekel aan
alles wat rooms-katholiek is6. Zoals eerder gezegd, zijn de tijden
zeer onzeker. En ongetwijfeld heeft de geruchtenmachine flink
gewerkt, want men is voor informatie aangewezen op wat er
verteld wordt. Men zal zeker van het harde optreden van don
Frederik gehoord hebben en die geruchten zijn dan ook angst
aanjagend. Een ander gerucht dat de ronde doet, is dat vanuit de
grote groep rooms-katholieken in het Noorderkwartier verraad
dreigt.7
Tijdens het onderzoek naar de geruchten van het verraad wordt
een aantal zwervers opgepakt. Om bekentenissen los te krijgen,
worden deze gevangenen gemarteld en al snel worden namen
genoemd. Coppen Cornelisz en zijn zoon Nanning Coppensz
uit Wognum en Pieter Nanningsz uit Benningbroek worden
door de gemartelde gevangenen aangewezen als de personen
achter het verraad.
De gevangenen wordt beloofd dat als zij de namen noemen
van hun opdrachtgevers, zij vrijgelaten zullen worden. Maar
ondanks die beloftes worden zij toch op een gruwelijke manier
terechtgesteld.
Wanneer Coppen Cornelisz naar de martelkamer gebracht
wordt en ziet wat er met zijn zoon gebeurt, wordt het hem te
veel en overlijdt hij.
De gefolterde Nanning Coppensz bekent van alles, zo is hij
van plan geweest Zwaag in brand te steken. Ook bekent hij dat
Pieter Nanningsz zijn medeplichtige is. Op grond van deze
verklaringen wordt Nanning Coppensz in Schagen ter dood
veroordeeld en zal het vonnis in Hoorn worden voltrokken. Op
het schavot herroept Nanning Coppensz al zijn bekentenissen
die hem onder foltering en met allerlei beloftes ontfutseld zijn.
Om rellen te voorkomen, wordt de executie tot de volgende dag
uitgesteld. Om te voorkomen dat Nanning Coppensz nogmaals
zijn bekentenissen herroept, bedreigt schout Heukesloot8 hem
met verdere martelingen. Maar men denkt een betere manier
gevonden te hebben om Nanning Coppensz het spreken on-
Verraders
16