Twee burgemeesters en een toekomstige burgemeester nemen een opgegraven
pot in ontvangst. Aan de gezichten te zien was het geld er al uit.
Hoep-zuid
Hoep-noord
De wet wordt aangepast
Er is heel veel opgegravenmaar
te weinig gepubliceerd - dat is
werk voor de komende jaren.
De komende jaren
In Hoep-zuid werd die veronderstelling waarheid; al rond 300 vóór
de jaartelling leefden en woonden er langs de Leets mensen die graan
teelden, varkens en katten hielden. De laatste niet om op te eten, maar
toch belangrijk, omdat het hier gaat om de allereerste katten die in ons
land door mensen werden gehouden als huisdier.
Nog steeds hoefde er, voorafgaand aan werkzaamheden niets aan
bodemschatten gedaan te worden, maar toen door de Archeologi
sche Werkgroep Schagen werd aangegeven dat er bij de uitbreiding
van Industrieterrein Witte Paal toch wel erg veel belangrijks verloren
dreigde te gaan, gaf de gemeente de werkgroep ruim baan voor het
doen van een opgraving. Hierbij werden tussen 1993 en 1997 bijna
twee hectare nederzettingen uit de Romeinse tijd onderzocht en er
werd een schat aan informatie verzameld.
De contacten van de Werkgroep met de Rijksdienst werden
uitgebreid naar de gemeente, die een voortrekkersrol innam bij de
ontwikkeling van het zuidoostelijk gedeelte van Witte Paal. Door
de gemeente betaald, werden er externe adviseurs en archeologen
ingeroepen om zoveel mogelijk te documenteren. Ter plekke van een
nederzetting werd de doorgaande weg verhoogd aangelegd en werd
het heiplan voor een van de garagebedrijven getoetst aan de archeolo
gische zaken die daardoor zouden worden verstoord.
Bij Hoep-noord werd ruim van te voren het gehele terrein in kaart
gebracht en zouden waardevolle plekken door archeologen worden
bekeken. Toch ging en gaat het wel eens fout: zo werd op wat grotere
diepte een belangrijke prehistorische vindplaats niet gevonden
omdat de oude woonlaag zich diep in de ondergrond bevond, zouden
de archeologische resten waarschijnlijk niet worden aangetast door
graafwerk en hoefde er verder niets te gebeuren dan te onthouden
waar zich de nederzetting bevindt. Er was echter één plek waar
verstoring op de loer lag en dat was aan de waterkant, waar wortels van
gras en riet een brede strook zouden verrommelen. De archeologische
Werkgroep heeft daarom in 2006 een strook van 16 meter lengte en
drie meter breedte minutieus 'uitgekamd'. De resultaten waren verbijs
terend: Schagen werd al 4700 jaar geleden bewoond en de Leets was
al meer dan 5000 jaar oud!
Sinds 1 september 2007 is de Nederlandse wet zó aangepast, dat
voorafgaand aan iedere bouwactiviteit of grondverstoring, bekeken
moet worden of er zich belangrijke archeologische zaken in de grond
bevinden. Als die worden gevonden, staat het bewaren daarvan
voorop en als dat niet mogelijk is, zal er een archeologische opgraving
moeten plaatsvinden. Dit laatste mag de Archeologische Werkgroep
niet meer zelf doen, omdat er strenge eisen aan het archeologische
bedrijf worden gesteld - terecht - want opgraven moet je goed doen,
want er komt nooit een tweede kans
Toch betekent dit niet het einde van de amateurarcheologie in Neder
land, want er blijven genoeg zaken te vinden, als je maar goed zoekt
('goed' nog beter dan de beroeps!). Zo vonden we recentelijk een
kasteel in Schoorldam en een Bronstijdnederzetting in de Geest-
merambacht, beide 'gemist' door onze beroepsbroeders.
Ook zijn we belangrijk bij het uitwerken van vroeger
onderzoek; er is heel veel opgegraven, maar te weinig
gepubliceerd - dat is werk voor de komende jaren.
Nee, de Archeologische Werkgroep Kop van Noord-Holland, zoals
we tegenwoordig heten, maakt zich geen zorgen over de komende 25
jaar, als we dan nog ondanks ouderdom een schep kunnen vasthou
den!
Frans Diederik
7