isDe beurs Vrede lust La Strada De Wildeman De Roo
)e Posthoorn Het Paardshoofd 't Moriaanshoofd De
is Gouden Enqel Het Oude Slot De Toelast De jonae I
kGekroonde ValkDn r r T '"wÉÊmm
meerberg 't Vergui
isDe Beurs Vre elw
k osthoom Het P<
kGekroonde 'alkL
nHerberg 't Vergul
'De Posthoorn' roept herinnering wakker aan de diligence,
waarmee ook de post werd vervoerd. Bij vertrek en aankomst
werd er op de hoorn geblazen en het is duidelijk waar dat plaats
had.
Ten slotte 'de Nadorst' op de Dorpen, op weg naar Grotewal
en Lutjewal. Wie er langs kwam, werd uitgenodigd om nog een
laatste versnapering te nemen, een laatste dronk te drinken. Of
op de heenweg mogelijk een eerste.
Welke van al deze herbergen, koffiehuizen en cafés kennen we
nu nog?
'De Gouden Engel', 'De Posthoorn' en 'Het Oude Slot'.
Welke 'staan' nog vers in de herinnering?
'Het Centrum', 'De Roode Leeuw', 'De Beurs', en op enige
afstand 'Het Noord-Hollandsch Koffijhuis', dat verbrand is op
15 december 1946 (zie de fotocollectie Niestadt van het Zijper
Museum).
Dat herberg 'Vredelust' stond op de plaats van het latere Hotel
Igesz zullen velen niet in hun herinnering terugvinden, maar
'Hotel Igesz' natuurlijk wel, hoewel ook dat heeft plaats gemaakt
voor een bedrijf met een andere naam.
De vier bierstallen die stonden op de Bierkade behoren al lange
tijd tot het verleden. Ze stonden naast elkaar, weet Dirk Burger
van Schoorl ons te vertellen in zijn boek over Schagen. Van west
naar oost 'de Zwaanhals' (vroeger gespeld als 'de Swaenenhals'),
'de Twee Kruisen', 'De Passer' en 'De Vogelstruis'.
'De Passer' was eigendom van een brouwer uit Haarlem, 'de
Zwaanhals' kwam vermoedelijk uit Rotterdam, 'de Twee Krui
sen' en 'de Vogelstruis' nog onbekend.
Uit andere bronnen, bijvoorbeeld oude kranten, zijn nog meer
namen van etablissementen bekend. Soms komen ze maar een
maal voor, omdat er sprake is van inrichting van een bedrijf, een
opstart die nooit doorging. Soms zijn ze in de familie gebleven
en nooit verkocht en dus ook niet overgedragen. Soms was het
een kort leven beschoren en werd het pand verkocht voor een
andere bestemming en in de akte niet met name genoemd.
In 1723 is er sprake van een herberg genaamd 'De Toorn',
beheerd door en mogelijk ook eigendom van Jan Pietersz.
Rijpland, 'houder van't huijs de Toorn". Hij verzoekt vergun
ning tot het maken van een herberg met dezelfde vrijheden
als de andere tappers voor het verkopen van klein bier. Het
verzoek wordt uitgesteld. Het is kennelijk nooit verleend, want
de geschiedenis heeft geen herinnering aan een herberg met
deze naam.
Een herberg genaamd 'De Gekroonde Valk', waarvan beslist
niet zeker is dat het dezelfde is als 'De Gulden Valck' wordt in
1907 gekocht door de directeuren van NV Bierbrouwerij en
azijnmakerij de Gekroonde valk, voorheen Van Vollenhoven en
Co te Amsterdam, prijs f382,50.
Ene Jan Zwart blijkt op 15 september 1841 tapper in de herberg
'De Bontekoe' in de Molenstraat. Verdere gegevens over deze
herberg zijn niet bekend.
Na 1910 zijn er nog heel wat etablissementen verdwenen,
althans hun namen, en andere bijgekomen. Soms was er sprake
van verandering van naam, soms verdween het pand en werd
vervangen door iets anders. Soms ook kwam er een nieuw
pand, of verdween het oude definitief Velen zullen zich de her
berg 'De Oude Herberg' aan het oosteind van de Molenstraat
herinneren. De herberg is gesloopt en maakte o.a. plaats voor
de apotheek de Molenstraat. 'La Strada' verdween en maakte
plaats voor de N245.
Dit was een lange 'kroegentocht' door de tijd, vanaf eind 16de
eeuw tot begin 19de eeuw en zelfs af en toe tot heden. Je zou er
dorst van krijgen.
ti Gouden Enqel H
La Strada moest wijken voor het fiets- en voetgangerstunneltje onder de Westerweg.
Karei Numan
15