eBeursVredelus^^trad^J^mi^rrm^^Hioosu
let Paardshoofd 't MoriaanshoofdDe Posthoorn De F
tden Engel Het Oude Slot De Toelast Dejonqe Prins
t Qflffcif': Centrum DeG
men WaeqhenH
)e s%man DelloosD
iet i|r iaSfe.De I
'id&RWÊWÊwBÈÊÊÊtsSil ^Êe jonge Prini C
Centrum DeG
.mi'w .Hl en WaeghertH
Op dit schilderij van Th. Zoetelief zien we het aloude koffiehuis De Beurs en hotel Vredelust.
tijdens de Franse Tijd en ook in de vorige eeuw, waarbij het
wapen zowel voor Noord- als Zuid-Holland werd gebruikt. Wel
zijn er in de loop der tijd natuurlijk allerlei versieringen aan het
wapen toegevoegd.
Zowel in de wapens van allerlei steden van West-Friesland als
op de uithangborden van vele herbergen verschijnt sindsdien
de rode leeuw. In het begin niet omdat de West-Friezen zo graag
bij Holland wilden horen. Er was tenslotte heel wat afgestreden
voordat de graven Holland hun stempel konden drukken op dit
door de dijk omringde, 'zelf-standige' land.
De (Jonge) Prins
'De Prins' of De jonge Prins' zal bijna zeker zijn naam te danken
hebben aan een van de latere nazaten van Willem van Oranje.
Om welke van de (jonge) prinsen het zal zijn gegaan, laat zich
moeilijk raden. De oudste vermelding in de transportregisters is
van 1690. Op 28 juli 1690 draagt de herbergier van 'De Wilde
man', Albert Cornelisz., 'een huijs en erve staende ende gelegen
tot Scagen op de Plaets, genaemt de jonge prins' over aan 'Dirk
Dirksz. Baasjen biersteker woonende alhier op de Biercade' die
deze herberg van hem heeft gekocht.
Wanneer 'De Prins' in gebruik is genomen als herberg is
onduidelijk, we weten alleen dat hij in 1690 bestaat en in bedrijf
is. Lang voor 1690 zal dat niet het geval zijn geweest, maar hoe
lang is onbekend.
Zou het gegaan kunnen zijn om Prins Willem III, de latere
koning van Engeland, om het zogeheten rampjaar 1672 en de
rol die hij daarin gespeeld heeft? Het is pure speculatie.
De (Gouden) Engel
De 'Eng(h)el' wordt nu eens genoemd als een huis, en wordt
dan weer aangeduid als de herberg 'De Gulden Engel' of'de
Gouden Engel'. Uit de tekst blijkt door de belending (de huizen
en bewoners die ernaast staan en wonen) dat het om hetzelfde
pand gaat. Bij een engel denken we toch al gauw aan iets hemels,
iets goddelijks. Bij het huisje 'de Hel' geheten, staande op de
Hoogzij, trouwens aan het tegendeel.
De overige
De herberg 'De Toelast' lijkt een merkwaardige naam te hebben.
Een 'toelast' echter is een groot wijnvat' en ook 'een lading, die
door andere schepen nagebracht wordt'. Het zal, omdat het hier
de naam van een herberg betreft, waarschijnlijk gaan om de
eerste betekenis, die aan duidelijkheid niets te wensen overlaat.
Ten slotte koffiehuis 'De Beurs', voor het eerst genoemd in 1884.
De naam roept het beeld van een portemonnee op, maar ook
van een plek waar handel werd gedreven, waar de mannen van
de markt, de koemarkt, de paardenmarkt, de kaasmarkt, de scha-
penmarkt elkaar spraken tijdens of na afloop van de handel.
Alle andere namen van herbergen zijn wat hun betekenis betreft
wel duidelijk.
Het betreft of namen die betrekking hebben op de situatie en
locatie in Schagen, zoals 'Het Oude Slot' en 'Het Centrum'.
Soms wordt er gekozen voor een dierennaam, zoals een valk of
een vosje, 'De Gulden Valck' en 'het Vosje'. Anderen kiezen voor
een naam die iets van doen heeft met het dagelijkse bestaan,
zoals "s Lands Welvaren', o.a. omdat daarin ook een bakkerij is
gevestigd.
Het zal wel niet alles goud zijn wat er blonk in 'de Gulden Waeg-
hen', 'de Gouden Engel', 't Vergulde Calff' en 'de Vergulde Valk',
maar we mogen hopen dat het er in ieder geval blonk omdat er
geboend was. Een naam wil ook wat.
'De Fortuin', 'De Vlijt', 'Vredelust' (het latere Hotel Igesz), het
'Huijs van Gemack', 'de Lindeboom', 'De Gelderland' (iemand
zal daar herinneringen aan, of connecties met Gelderland heb
ben gehad), 'Het Noord-Hollandsch Koffijhuis', ze laten weinig
te raden over als het om de betekenis van hun namen gaat.