Aan het Loosdijkje ligt aan het begin nog een schuur en aan het
eind' een betrekkelijk nieuw huis dat de bewoning die er stond
sinds het begin van de jaren 70 vervangt. Met de bewoners, de
familie Van den Ende, had de redactie een briefwisseling op
grond van een vraag die zij aan de redactie voorlegden.
De briefwisseling en wat er uit voortvloeide volgt hierna.
Geachte redactie,
Ik stuur u deze mail, vanwege de naam Numan, die zoals ik in de
Kakelepost lees, zich bezig houdt met veldnamen. Ik heb een vraag
over mijn huis op Loosdijk 1, een halfverharde weg, die aansluit op de
Bonkelaarsdijk, waar die dood loopt op de N 245. Toen ik in 1967
dit (toen nog onbewoonbaar verklaarde) huisje vanArie Wit van de
Tolken) kocht bestond de S3 nog niet.
Toen we dit huisje kochten voor weekendgebruik stond het leeg. Kort
daarvoor was hetnogbewoond door Jan Vet, of zoals Arie Wit hem
noemde, "de arbeider". Voor hem bevond zich er jarenlang een KI-
bedrijfje. Het terrein stond vol met schuurtjes en kotjes en daarom,
zeiden de buren, heette het 't Stadje. Buurman Gootjes bracht me
aan het twijfelen,want hij noemde het land aan de zuidkant, dat zich
langs de Tolkervaart uitstrekt tot de Tolkerdijk, de Stadswait. Mijn
vermoeden werd later bevestigd, toen ik in Haarlem in de archieven
las, dat het boerderijtje halverwege de negentiende eeuw door de kerk
was verkocht. In deze stukken wordt dit plekje De Stad genoemd. Wij
noemen het nu ons paradijsje, maar ik zou toch wel wat meer van de
geschiedenis willen weten.
Toen we kort na de aankoop een grondwerker het terrein lieten
omploegen, kwamen er uiteraard veel scherven en botten tevoorschijn,
maar de mooiste vondst was een koperen muntje,waarop met enige
moeite was te lezen: WestFrisia 16..Dat doet vermoeden, dat deze
plek al heel lang bewoond was.
Buurman Zijdewind herinnerde zich nog uit zijn jeugd (begin twintig
ste eeuw), dat beurtschippers, die gebruik maakten van de Tolkervaart
hier aanlegden voor een borreltje.
Wellicht vertel ik u oud nieuws, maar als u meer weet hou ik me
aanbevolen. Weet u minder, dan is dit mijn lekenbijdrage aan de
geschiedschrijving.
Met vriendelijke groet,
Piet van den Ende
De redactie antwoordde bij 'bij monde' van Karei Numan als
volgt:
Geachte heer Van de Ende,
Veel heb ik niet kunnen vinden, maar toch wel iets. Om te be
ginnen woont u nu Loosdijk 1, maar het Stadje lag ooit - voor
de bouw van de S3 - aan de Tjallewal (lees: 't Jallewal). Tjalle-
wal liep door over de S3. Tjallewal ging over in de Bonkelerdijk
bij de splitsing van Tjallewal in het Miggenburgerwegje en de
Bonkelerdijk, of anders gezegd en van de andere kant bekeken,
daar waar die twee bij elkaar kwamen begon of eindigde Tjal
lewal. Het Loosdijkje begon waar het nu nog steeds begint.
Uit de omschrijving in de stukken uit de transportregisters blijkt
een en ander. O.a. de situering ten westen van de Heere vaert
(dat is de Tolkervaart in dit geval) (inv. nr. 5899, blz. 321(een
huijs end ervegenaemt de Stadt leggende op 't Jallewal voornoemt
belent de Heere vaert ten oostenmaakt duidelijk dat het Stadje
ten zuiden van de Tjallewallerweg lag en ten westen van de
Tolkervaart.
De eerste keer dat het Stadje wordt genoemd in de transport
registers is in april 1691. Die transportregisters lopen vanaf
1555 tot 1814 en daarna via het kadaster tot nu. In de transport
registers wordt melding gemaakt van de feitelijke overdracht
van onroerend goed, van schuldbekentenissen enz. van de
ene persoon op of aan de andere. Meestal zijn ze dan al bij de
notaris geweest om een en ander te regelen, maar de feitelijke
overdracht wordt tegenover de schepenen - de toenmalige
dichtstbijzijnde gerechtelijke instantie - vastgelegd.
Het stadje of de stad komt een aantal keren in de transport
registers voor tussen 1691 en 1783, zoals u kunt zien. Vooral
de Rooms-Katholieke familie Coomen of Come, Comen of
Koomen (betekent Koopman) is bewoner van 't Stadje.
Voor mij is nieuw dat de plek ook in de 19e eeuw zo genoemd is
blijven worden en tot nu toe onder die naam bekend is.
Waarom de plek stad of het stadje heet, is mij niet bekend.
Uiteraard betekent het woord niets anders dan 'plek' of'plaats',
'stede' (in stede van), het Groningse en Friese 'state'. Maar dan
kan elke plek stad heten, zou je menen.
Betreffende het stadwaitje, dat zal een latere en zeer locale naam
zijn (die de familie Gootjes zich herinnert). Uit mijn veldna-
menonderzoek, o.a. via de belastingregisters en de genoemde
transportregisters blijkt niet dat sectie D no. 3 (het kadastrale
kenmerk) een naam had. Als ik het goed heb, woont u op D2.
Er is wel een 'stateweijtje', maar dat ligt aan de Cornelissenwer-
Op deze luchtfoto zien we rechtsboven't Stadje.
Het huis Loosdijk 1 in 2009.
5