bastaard van Holland, m 1e heer van Schagen, ridder. Ridders tijdens een toernooi. Iedereen kent het romantische beeld van kaste len en ridders. We zijn er mee opgegroeid en we zouden het voor geen goud willen missen. Toch is de werkelijkheid van toernooien, jachtpartijen, min- streels enz. een flink stuk bezijden de waarheid: het dagelijks leven op een kasteel was doorgaans behoor lijk saai en eentonig. Toernooien werden er echt niet zo vaak georganiseerd, want ze waren peperduur; jachtpartijen waren zeker in onze omgeving schaars, want in West-Friesland viel niet zoveel te jagen. En een minstreel? Hoe vaak zou die het hoge noorden hebben opgezocht? Vanaf zo rond 1440 bezat Schagen een kasteel en een kasteelheer in de persoon van Willem, de bastaard van Holland. Hij is van adellijke afkomst, maar noemt zich ook heel nadrukkelijk 'ridder'. Hij hecht kenne lijk waarde aan deze titel. De middeleeuwse samenleving - dat wil zeggen de samen leving van geschoolde en geletterde mensen! - ging uit van een bijna vanzelfsprekende ongelijkheid tussen de mensen. Natuurlijk waren voor God alle mensen gelijk. Maar toen de paradijselijke wereld met de zondvloed bijna helemaal ten onder was gegaan en het kwaad zich verspreidde en vermenig vuldigde, werden hiërarchische verhoudingen onvermijdelijk. Aan sommigen, die uitblonken door hun gedrag en deugden, werden door het volk landgoederen ter beschikking gesteld, als teken van waardering. Om het kwaad in de samenleving te beteugelen, werd hun tegelijkertijd ook macht gegeven om over anderen te heersen. Die macht kregen zij persoonlijk, maar ging ook over op hun kinderen. Uit een goede boom komen immers altijd goede vruchten voort! Zo ontstond er een erfelijke elite van rijke, machtige en begaafde leiders. Zo ontstond de adel. Adel mag dan in theorie ontstaan zijn 'uit een zuiver hart en gevoed door deugden', in werkelijkheid speelden vooral andere kwaliteiten een belangrijke rol. De adel was een sociale groep die voor alles werd gekenmerkt door dienstbaarheid aan de boven hen gestelde vorst, door bestuur en rechtspraak, door militair leiderschap, door een sterk bewustzijn tot een bovenlaag van de samenleving te behoren en door een sterke eigen gedragscode. Bovendien werd je niet van adel, je was van adel door geboorte, je was 'welgeboren'. 'Welgeboren'-zijn kon zeer lucratief zijn: men was vrijgesteld van een aantal belastingen. Als de welgeboren staat van iemand door anderen werd aangevochten, moest de betreffende persoon zijn adeldom bewijzen; hij moest ëdeltuig' doen. En dat was geen kleinigheid! Het was in de middeleeuwen namelijk niet genoeg om eenvoudig te wijzen op een welgeboren vader. Men moest kunnen aantonen dat er, behalve een welgeboren vader, terug gegaan kon worden tot de edele overgrootvader in rechte man nelijke lijn. De vierde generatie! Zowaar niet eenvoudig! Uit de veertiende eeuw zijn verklaringen bekend waarbij iemand drie edelen onder ede een verklaring laat afleggen, dat hij welgebo ren was 'van vader, van oudevader ende van overoudevader alse van ziere rechter swaertsiden' waardoor hij 'enen welgheboeren man ende uyt allen scoten gheboren' was. Edelen en ridders Edelman was men door geboorte, door afkomst. Ridder echter niet. Edelen waren doorgaans grootgrondbezitters en hadden men i

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kakelepost - Schagen | 2009 | | pagina 14