nen, ook langzaam, mogelijk ook nog samenhangend met de invallen van de Noormannen. Generaties lang duurt deze ontginning met de hand en spaarza me gereedschappen. Op de achtergrond speelt de vraag van wie welk gebied is. Koningen schenken leenmannen land, zo krijgen trouwe vazallen gebied. Dat is de weg waarlangs Diederik (Theodoric) I van Karei de Eenvoudige de kerk van Egmond, koninklijk bezit, geschonken krijgt. Kleinzoon Diederik II vervangt in 930 de houten kerk daar en het bijbehorende klooster door een stenen gebouw. Dezelfde Diederik II krijgt nieuwe bezit tingen van koning Otto III. De goederen die Diederik II krijgt geschonken liggen o.a. tussen twee rivieren, de Medemelacha (de Middenleek, waarvan onduidelijk is waar hij liep) en de Chinnelosare gemarchi vrij vertaald: geulstroom die begrenst; marchi, komt van mark, denk aan het woord marke ren). Ook in Texel krijgt hij goederen. Diederik II op zijn beurt schenkt samen met zijn vrouw Hildegardis uit dit bezit goederen aan het klooster. Dat gebeurt voor zijn dood in 988 en na 985. Zij dra gen o.a. zes mansus - dat zijn hoeven - over aan God en (de abdij van Sint) Adelbert. Die in totaal 120 ha (geschat) brengen per hoeve 9 1A pond op. Ze zijn gelegen in villa Scagha, het land dat tus sen twee vroonsloten ligt en zich uit strekt van Bergeswerk (een schiereilandje in de Grote Waard of Heerhugowaard) tot in de zoute zee. Het is dit gebied dat het klooster in 1291 (zie boven) aan de bewoners schenkt op voorwaarde dat ze de dijk en het land onderhouden. En dat houdt dus in dat villa Scagha gelegen moet hebben tussen de Oude Dijk en Tolkerdijk in het oosten en de Groenedijk en Oosterdijk in het westen. Sint Maarten was in die tijd even lang bewoond als Schagen. De gevolgtrekking is dat Schagen is genoemd naar dit gebied en dat kan, of dat dit gebied is genoemd naar Schagen en dat kan ook. In dit gebied, dat voor het grootste deel grafelijk gebied is gebleven - vandaar de vroonsloten en de Valkkoog; de woorden vroon en valk wijzen beide in die richting - ligt tenslotte alleen Valkkoog; het duurt lang voor er andere dorpen in dit gebied verrijzen, feitelijk gaat het alleen om Waarland en Groenland. Alle andere dor pen liggen aan de randen ervan, langs en op de dijken. De veldnamen van Schagen Die zullen zijn ontstaan vanaf het eerste moment van ontginnigen in dit gebie den, maar alleen opgravingen kunnen getuigen van het 'moment' waarop dat het geval is. Het is zeer waarschijnlijk dat de vestiging van bewoners hier - of moe ten we zeggen dat er onafgebroken men sen gewoond hebben? - parallel loopt met de vestiging van mensen in het gebied van de Geestmerambacht en de rest van de latere Schager- en Niedorperkogge. Hoe het precies is gebeurd, valt niet meer te achterhalen, maar de genoemde data en schenkingen liegen niet. En vanaf dat moment zullen er namen zijn gegeven aan elk stukje land dat was of werd ontgonnen. Zeker is dat we Scagha aantreffen vanaf de schenkings- acte die tot stand kwam in de periode 985-989. De naam Scagha zelf (ook Scagan en Scagon) heeft twee verklaringen achter de rug. Karstens houdt het op landtong, het woord komt in zijn visie ook overeen met skeg, voortuitstekend punt. Pannekeet is de mening toegedaan dat het daarvan niet kan afstammen. Zijns inziens is de beste verklaring die van de overeenkomst met het oudengelse 'scea- ga' en het middelhoogduitse 'Schache'. Beide betekenen moerasbos, wildernis van struikgewas en kreupelhout. Dat is een verklaring waarmee ik me kan vereni gen én door het veenlandschap zoals het ooit was én zeker ook doordat deze ver klaring aansluit bij de bevindingen van Diederik omtrent de verbindingen die er bestaan tussen Friezen hier en Angelsaksen in Engeland. 22

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kakelepost - Schagen | 2008 | | pagina 22