Een hele straat verkocht
Aan het begin van de ige eeuw bezit de heer van Schagen de gehele zuidkant van de
Heerestraat en een paar huizen aan de oostkant van de poort die toegang geeft tot het
kasteel.
In die jaren is Theodore Henrij Antoine Graave d'Oultremont en Warfuzée, Vrijheer
van Schagen, Schagerkoggen en Burghorn (1791 -1814) de heer van Schagen. Het kas
teel heeft zijn beste tijd gehad en het besluit valt alle bijgebouwen te verkopen.
Tijdgenoot Cornelis Bok legt een en ander vast en maakt het mee. Zie ook F. Diederik
en F. Timmer, Slot Schagen, Boekhandel Plukker (2002), blz. 108.
Deze publieke verkoop zal niemand ontgaan zijn. De heer van Schagen was wat van
plan, anders doe je dit niet. En het kasteel lag er ook al niet erg lekker bij. In 1815 volgt
de gedeeltelijke sloop, in een 1826 wordt op de torens na de rest gesloopt. Maar wie
had er in 1806 belang bij het veilig stellen van de kaatsbaan?
Op 24 maart 1806 heeft de publieke ver
koping plaats van de onderstaande hui
zen. De toenmalige rentmeester, Pieter
Westing, is belast met de verkoop.
Lijsbeth Casperse Reige, wonend in
Schagen, koopt 'Een Huis staande naast de
Voorpoort van hetCasteel te Schaden, belend
genoemde Poort ten Oosten en het Westpaviljoen
van het voorplein van het Kasteel uan Schagen
ten Westen', onder de conditie dat zij geen
gebruik zal mogen maken 'van het voor
plein van hetCasteel agtergenoemd Huis'.
De prijs die ze betaalt bedraagt 306 gul
den.
Pieter Westing, de rentmeester, koopt
voor zichzelf'Een Huis en Erve met deszelfs
Koetshuis en Paardenstalling, zijnde het
Paviljoen ten ivesten, het Voorplein van het
Casteel te Schagen als meede een Huis annex
hetzelve mitsgaders een schoone en ivelaange-
legdeTuin agter hetzelvegelegen, belend hetter-
zelver tijd aan Lijsbeth Casperse Reige verkogte
Huis ten Oosten en het meede ter dien tijd aan
Jacob van Reisinge verkogte Huis ten Westen'.
Bedongen voorwaarde bij de koop is nog
dat Westing 'een vrije in- en uitreed uitrit)
door de Voorpoort van het Casteel over het plein
van het voornoemde Casteel tot aan de Stallinge
(zal) hebben, als meede een vrij gebruik van het
voorzegde plein, zoo verre het Huis en Stallinge
zijn strekkende, mits het voornoemde plein ook
in zoo verre daarvoor behoorlijk schoon en zin
delijk houdende en den Verkooper het vrije
meedegebruikvan dat plein geen hindernis toe
brengende, nog ook niet aan de Kaatsbaan'.
Westing betaalt er 1279 gulden voor.
Jacob van Reizinge, woonachtig in
Schagen, koopt 'Een Huisje staande in de
Heerestraat te Schagen, belend het ter zeiven tijd
aan Pieter Westing verkogte huis ten Oosten en
het te dier tijd aan Jan Schipper verkogte Huisje
ten mesten'.
Hij betaalt er 51 gulden voor.
Jan Schipper uit Egmond aan Zee koopt
'Een Huisje staande in de Heerestraat te
Schagen belend het ter zeiver tijd aan Jacob van
Reisinge verkogte huisje ten oosten en het te dier
tijd aan Teunis Klerk verkogte huisje ten
Westen'.
Jan Schipper betaalt voor dit huisje
70 gulden.
Teunis Klerk, die in Schagen woont,
koopt 'Een Huisje staande in de Heerestraat te
Schagen, belend het ter zeiver tijd aan Jan
Schipper verkogte Huisje ten Oosten en het te
dier tijd aan Jan de Vries verkogte Huisje ten
Westen'.
Dit huisje kost Klerk 54 gulden.
Gerrit Kraane, woonachtig in Schagen,
koopt 'Een huis en Erve staande en gelegen op
de Hoek van de Heerestraat en de Loet te
Schagen, belend met het ter zeiver tijd aan Jan
de Vries verkogte Huis ten Oosten en Jan
Rijpland ten Westen'.
Gerrit Kraane heeft voor dit huis en erf
527 gulden betaald.
Jan de Vries koopt het huis tussen Teunis
Klerk en Gerrit Kraane staande, maar
daarvan is geen transportacte te vinden.
Het gaat dus in de Heerestraat om 7 pan
den en pandjes.
20