De volgende dag, dus op 13 juli 1706 wordt er een buitengewone zitting (een extra-ordinaire rolle) gehouden, waarbij alle schepenen aanwezig zijn. Johan Schager, Baljuw van deze stad en heerlijkheid, uit naam en vanwege de Edele Hoogmogende Heren Staten van Holland en Westfriesland Verhoort Cornelis Fredriksz Spalck, in de wandeling bekend met de naam van Kees Grove Grendel en Sprotten Kees, oud ongeveer zesentwintig jaar, naar hij zegt geboren in Driehuizen, tegenwoordig gevangene, om vonnis geveld te krijgen. Schepenen verordonneren na verhoor van de getuigen, voordat ze tot een beschikking komen, dat eerst door de schepenmeesters Pieter Han en Jan Visser vergezeld door de secretaris Van der Beeck, advies zal worden ingewonnen bij neutrale rechtsgeleerden in de stad Amsterdam, om vervolgens op grond daarvan een behoorlijke beslissing te nemen. Tenslotte wordt er een buitengewone zitting (extra-ordinaire rolle) gehouden op g augustus 1706, waarbij alle schepenen aanwezig zijn. Mr. Johan Schager, Baljuw van deze stad en heerlijkheid, uit naam en vanwege de Edele Hoogmogende Heren Staten van Holland en Westfriesland Verhoort Cornelis Fredriksz Spalck, in de wandeling bekend met de naam van Kees Grove Grendel en Sprotten Kees, oud ongeveer zesentwintig jaar, naar hij zegt geboren in Driehuizen, tegenwoordig gevangene, om gesloten advies in te brengen en opening en voorlezing daarvan te verzoeken. Door de afgevaardigden genoemd in de rechterlijke beslissing van de i3e juli laatstleden is het advies verzegeld ingebracht en de schepenen bevelen het te openen en voor te lezen. De baljuw verzoekt alsnog om een beslissing. (Dit advies is op schrift gesteld door de secretaris van het gezantschap naar de rechtsgeleerden, de toenmalige secretaris van de stad, Pieter van der Beeck. Ongetwijfeld zal hij het ook hebben voorgelezen. De tekst komt nagenoeg overeen met hetgeen op 12 juli is opgetekend. Er zijn kleine verschillen, mogelijk ontstaan na verhoor door de getuigen. Ik laat deze tekst hierna onvertaald volgen, omdat de vertaling ervan hierboven al staat, zoals gezegd op een enkel klein detail na. Het eigenlijk vonnis wordt weer vertaald.) Alsoo Cornelis Fredricsz Spalck, in de wandelinge bekend met de naem van Kees Grove Grendel en Sprotten Kees, oud omtrent ses en twintigh jaeren, geboren (soo hij segt) tot Drie Huijsen, jegenwoordigh gevangene tot Scagen, buijten pijn en banden, bekendt heeft, dat hij van de jeught af aan de voet stappen van sijn ouders volgende, ronds om ten platten lande, onder den deck mantel van stoele- matten, heejtgevagabundeerdt endegesonds lighaemsgaen bedelen, sonder een vaste ojte gestabiliseerde ivoonplaets te hebben, houdende geselschap met/ameuse vagabunden en schelmen, ende onder anderen met eenen Isaack, in de ivandelingegenaemt Stolcse Binck, Haagse Dirck, ende Arent Sargeant (alias) de Zurejager, ende diergelijcke landloopers, schoijers endegebannene schelmen meer, en soo ivel met deselve, als al een (alleen), degoede in en opgesetenen ten platten lande groote overlast aengedaen, dat hij gevangene nu omtrent drie a vier jaeren geleden, sigh als soldaet heeft verhuertgehadt, in de Compagnie van den Capiteijn Baron van Gent, onder het Regiment van Zoutelande, hebbende op 't aennemen van den dienst, daar voor op de handtgenoten twintigh silvere ducatons, ende dat hij omtrent twee jaeren in dienst sijnde geweest, ende in 'S-Gravenhage inguarnisoen leggende, van daer met sijn monture en sonder paspoort, heijmelijck is doorgegaen en van sijn Compagniegedeserteert; dat hij sigh vervolgens weder heeft begeven tot sijn vorigh bedel- agtigh, geweld-dadigh, endegodloos leven en

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kakelepost - Schagen | 2006 | | pagina 12