tweede huwelijk met Maria de Thiennes kreeg Diederik alsnog acht kinderen. Dankzij één van deze acht, Floris Carel van Beijeren van Schagen, bleef niet alleen het oude erfgoed, de heerlijkheid Schagen, binnen de familie, maar is ook dit drieluik via de Van Schagen's, de Warfusee's en tenslotte de graven van Oultremont tot op heden bewaard gebleven. Achter Diederik en zijn zoon staan, zoals op een dergelijk drieluik gebruikelijk is, hun naamheiligen: de Reimse bisschop St. Thierry en Willem van Aquitanië. Op het linkerpaneel staan Diederik's echtgenote Marquerite van der Noot afgebeeld met haar naamheilige Margaretha van Antiochië. Deze Margaretha vouwt devoot de handen boven de geknielde echtgenote. Het portret van Marquerite is postuum geschilderd naar een oudere beeltenis, want Marquerite van der Noot was negen jaar voor de vervaardiging van het drieluik gestorven in het kraambed van Willem Antonis. Ironisch genoeg biedt haar naamheilige volgens de legende bescherming aan vrouwen in barensnood; in haar geval ging dit niet verder dan dat haar kind werd gered. Wellicht uit piëteit heeft schilder Jacob de Gheyn bloemen aan haar voeten neergelegd. Van de tekenaar, graveur en schilder Jacob II de Gheyn (Antwerpen ca. 1565 - Den Haag 1629; Haagse periode 1601/02 -1629) zijn slechts een paar 'katholieke' onderwerpen bekend. We mogen zelfs aannemen dat hij protestant was. Religie was voor hem echter zeker niet allesoverheersend. Hij was getrouwd met een dochter uit een belangrijk katholiek geslacht, waardoor hij was opgenomen in de kringen van het Haagse patriciaat. Tot kort voor zijn huwelijk en verhuizing naar Den Haag onderhield hij nauwe banden met de top van de Leidse universiteit en hij stond op goede voet met de protestantse overheid, met name met prins Maurits en Constantijn Huygens. Voor de eerste vervaardigde hij een inmiddels beroemd militair instructieboek. We mogen aannemen dat voor de zeer katholieke Dierderik van Schagen als opdrachtgever voor een zeer persoonlijk getint drieluik alleen de schilderkunstige 13

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kakelepost - Schagen | 2005 | | pagina 15