De gekozen burgemeester
chappelijke
zien we hem
zijn werk-
>ode. In 1814
gerhorn een
agerhorn,
ren procu-
ntje Hoflaan,
1 notarissen
7de niet ver te
tmoeten. De
nde schuin
t mooiste
aees restau-
I kinderen
in 1875.
n 1817
nstbode
kinde-
;aat het
negen-
n voor de
ichreven:
straal sectie
^oord47.
Eigenaar: Dirk Roggeveen te Schagen
Voor eigen gebruik een grutmolen door
paarden bewogen met vier paar stenen,
een paar voor het breken van gort, een
paar voor boekwijt, terwijl het derde
paar dient voor het malen van meel.
Twee paarden worden bij afwisseling
gebruikt in de molen en het rondbrengen
der waren Wijders is hier een bed waarop
9 zak gelijk gedroogd kunnen worden
benevens twee wagers (weegtoestellen)
en een builkist (waarin het meel gezeefd
werd). Opbrengst 70,- a 80,- per jaar'.
Zijn concurrent was Reijer London.
Deze had een wat kleinere grutmolen
aan de Laagzijde. De geschatte jaar
lijkse opbrengst van deze molen met
twee paar stenen, bedroeg 60,-
Ter vergelijking: de eigenaar van hout
zaagmolen aan de Menisweg had een
geschat inkomen van 180,-en de
meelmolen aan de Menisweg stond
te boek voor 250,-. Dit in een tijd
waarin het jaarinkomen van een arbei
der ongeveer/ 100,- bedroeg. Dirk
moest er dus bijklussen om aan
een redelijk inkomen te komen.
Eind 1844 verkoopt hij de grutterij aan
Jan Covers afkomstig uit Schermerhorn.
Fragment van de kaart van Zoutman uit 1665.
De grutterij van Roggeveen en later Govers is
afgebroken om de Handelsstraat aan te laten
sluiten op de Markt.
Tot 1795 had Schagen een jaar
lijkse burgemeesterverkiezing.
Ieder jaar op 1 januari kwamen uit
elk van de zeven wijken waarin
Schagen was verdeeld, de rijkste
poorters naar de zogenaamde
boonloting. Deze verkiezing
vond plaats in het koor van de
kerk omdat het raadhuis te klein
was om de minstens 50 rijkdom
men zoals zij werden genoemd,
te ontvangen.
Aangezien er uit iedere
wijk slechts één persoon
gekozen kon worden die
als kiesman ging funge
ren, deed de schout
evenveel bonen in
de zogenaamde bal-
lotagezakals er per
wijk afgevaardigden waren. Eén
van de bonen was zwart en wie
deze boon trok was kiesman voor
zijn wijk. Deze procedure werd
gevolgd voor elk van de wijken.
De zeven zo gekozen kiesman
nen, de 'swarte bonen', stelden
gezamenlijk een voordracht op
van twee stemgerechtigden per
wijk. Uit deze tweetallen koos de
schout de zeven schepenen voor
het komend jaar.
Voor de keuze van twee bur
gemeesters stelden de kies
mannen een voordracht
op van vier, waaruit de
s aftredende schepe-
nen twee nieuwe
burgemeesters
konden kiezen.
Arien Roggeveen
Arien, ook wel Adriaan, voelde zich aan
getrokken tot het beroep van zijn onge
huwde oom Dirk die zilversmid was.
Deze had het vak geleerd bij Cornelis
Hoogland en was in juli 1765 inge
schreven als lid van het Alkmaarse zil-
versmidsgilde. Schagen had geen gil
den en de zilversmeden sloten zich
aan bij het gilde in Alkmaar of Hoorn.
Zilversmeden die in Schagen woon
den en werkten worden daarom in de
literatuur ten onrechte als Alkmaarse
of Hoornse zilversmid aangeduid.
Al jong beheerste hij het vak vol
doende om zich in te schrijven bij het
Hoornse gilde (1812), en twee jaar later
trouwt hij met Neeltje Besterd uit Oude
Niedorp. Uit dit huwelijk zijn 14 kin
deren bekend. Hij overleed in 1855.
De weg van het schilderij
Omstreeks 1970 was het schilderij in
het bezit van Trijntje de Vries (geb.
1889) die toen in Villa Scagha woonde.
Zij was een dochter van Jan Cornelis
de Vries en Cornelia Roggeveen.
Cornelia was een kleindochter van
Dirk de tweede zoon van Willem.
Trijntje gaf het schilderij door aan
Leendert J. Roggeveen te Kwadijk, een
achterachterkleinkind van de hierbo
ven genoemde Leendert Roggeveen, die
het schonk aan de gemeente Schagen.
Uit deze fraai versier
de zak trokken de 'rijk
dommen' een witte of
zwarte boon.
Bronnen:
L.J. Roggeveen;
Genealogie uan de
familie Roggeveen in
Westfriesefamilies 19e
jaargang nr. 2 en 3
B.W.G. Wtteioaall;
Nederlands Klein zilver
en schepioerk, Abcoude
1994
Zilver uan het
Noorder kiuarti er,
Westfries Museum
Hoorn, 1957
11