io)in het
rezien vooreen
i vaak de
irde
ia Brügemann,
>arochianen.
i Bergen van
it op de tweede
maakt
'ügemann me
82'". Van
gehouden en
in gegraveerd,
en fraaie klok
gszins
net uitzon
en de Tweede
In begin 1943
mument
ior een
;zamen met de
rklcen uit de
)uitse
1 verwerkt,
jkken werden
:en loods van
i en op
loods over-
Hoop van
ïgde
goede week
ongeluk -
is ze gelicht
lijk
dok in
urtschipper
1 kreeg heeft
Iftvan oktober
chagen weten
terug te brengen. Men zou dus kunnen
zeggen, dat de Midslandse klok daarmee
aan zijn derde leven was begonnen.
Voor en na hebben de belevenissen van
de Schager klokken het nieuws gehaald.
Behalve pastoor Philippona zelf schreven
G. van Arkel en A.W Weismann er over in
Noordhollandsche Oudheden in 1891.
De Schager Courant wijdde er artikelen
aan in t979 (30 december), 1980 (2 en 9
januari) en 1991 (12 juli). Aan de krant
van 9 januari 1980 ontlenen we de
volgende "Klokken-story.
Oud-burgemeester van Schagen,
W.J. Wognum, wonend in Bergen,
reageerde telefonisch op het verhaal over
de klokken van de r.k. kerk [d.d. 2 januari
1980]dat hij met veel genoegen had
gelezen. 'Toen ik in Schagen kwam
[1946]aldus de heer Wognum, 'had de
r.k. kerk zijn drie klokken terug. De klok
in de gemeentetoren (Herv. Kerk) was in
de strijd gebleven'. Een toren zonder
klok is geen toren, heeft de heer
Wognum gedacht. 'Onder het genot van
een glaasje wijn heb ik toen pastoor H.H.
Brouwer [pastoor in Schagen van 1946
tot zijn dood in 1960], met wie ik goed
bevriend was, gevraagd of we van hem
een klok mochten lenen. Na even te
hebben nagedacht stemde de pastoor
toe, onder voorwaarde dat de kosten van
overbrengen en naderhand terughangen
voor de gemeente zouden zijn. Zo bood
de gemeentetoren in 1947 onderdak aan
de grote klok uit de Christoforuskerk. Dit
heeft geduurd tot 1955. De gemeente
Schagen en daarmee de toren aan de
Markt, kreeg toen zijn eigen Iuidklok
alsmede een carillon. De geleende klok
werd voor de tweede maal teruggebracht.
Een vierde leven?
Sint Willibrord was een reizende
monnik, zoals uit onze geschiedenis
bekend is. De peregrinatio, het
wegtrekken uit de eigen omgeving en om
Christus' wil in den vreemde te werken,
was rond het jaar 700 in de Ierse en
Engelse wereld een bekend verschijnsel.
Houdt het reizen en trekken van de
Terschellinger Willibrordldok wellicht
verband met zijn naam? Zeiden de
Romeinen al niet: "De naam is een
voorteken." Aan de trektocht van de klok
lijkt nog geen einde gekomen. Als hij in
2003 terugkeert naar Terschelling zal dat
een thuiskomst betekenen. Een boeiende
ontwikkeling. Historisch verantwoord?
De klok is oud-Schellinger cultuurbezit,
maar zal ook in zijn vierde leven de
Schager geschiedenis tussen 1882-2003
met zich meedragen. De geschiedenis
maakt soms onverwachte wendingen.
De Susanna-klok
in volle glorie.
Aan deze zijde van
de klok zien we onder
het randschrift
de tekst met op
de tweede regel
de naam van de maker,
Johannis bremensis
(Johannes van Bremen).
Foto G. Stoekenbroek
V.\ 'liWiM!
9