weg bij de Stolpen - toen huurde hij er
io'h bunder bij t.w. de Dertien geerzen,
de 14 geers Petjespoel, 't Akkertje en het
Voorste stukje. Er was toen minder lief
hebberij voor land als thans in 1948. Het
behoorde aan een freule in Den Haag en
de huurprijs bedroeg 625 gulden per jaar.
In 1889 vestigde vader zich op Tolke op
de boerderij tegen de spoorlijn (het
Tolkerbos). In 1891 of'92 kwamen de
perceelen waar thans het huis op staat,
het perceel achter de steenen dam en het
ze Schagerslootstukje in publieke veiling
en heeft hij die gekocht en toen had hij
een mooi afgerond geheel van 20 geerzen
en het gehuurde land lag er ook mooi aan
vast. Tevens was hij eigenaar van de Dijk-
weid, afkomstig van zijn vader, die
schijnt al vanaf+1800 aan de familie Wit
toe te behooren, en van een perceel aan
het Stroeterdijkje groot 6'/, gars, ook van
de familie Wit afkomstig.
In 1895 zijn wij, mijn vader, ik en een
huishoudster in het oude huis bij de brug
komen wonen. Mijn zwager, die inmid
dels getrouwd was met mijn eenigste
zuster woonde thans op het Tolkerbos en
gebruikte het grootste deel van het land.
Wij molken toen een koe of zeven zodat
vader er zijn gemak wat meer kon
houden.
In 1903 kreeg ik trouwplannen en toen
heeft vader het huis laten bouwen waar
jelui thans in (1948) wonen.
In 1905 is mijn vader de 16e Maart
overleden en toen konden wij uit de na
latenschap ieder een huis met 11 ha
land het onze noemen plus het beslag en
de inventaris.
In 1907 kwam de Lage weid, die toebe
hoorde aan het weeshuis van Schagen uit
de huur. Dat land werd in dien tijd steeds
in publiek aan de meestbiedende ver
huurd en de oude huurder stelde er geen
prijs meer op. Toen heb ik geprobeerd of
ik dat land ook kon ruilen met het land
dat ik aan het Stroeterdijkje had en dat
lukte. Ik kreeg het mooi aan elkander en
kreeg een gars meer en moest 400 gulden
toebetalen plus de onkosten.
In 1910 kocht mijn zwager een boerderij
nabij de Schagerbrug in de Zijpe en
verkocht zijne op Tolke en toen werd ik
huurder van die io'f bunder in het Imke-
land die mijn zwager tot nogtoe gebruikt
had. Toen moesten er meer koeien wezen
en toen kreeg ik tevens gebrek aan ruimte
en heb ik het 2e huis laten bouwen en in
1913 de varkenskot en de mestplaat.
De eerste oorlog kwam toen in het zicht
en daar schijnt steeds een tijd van
opleving aan vooraf te gaan. Tenminste
de prijzen van zuivel- en land- en
tuinbouwproducten gingen allemaal
zoo'n beetje omhoog en we waren in de
negentiger jaren niet verwend dus we
waren er nog vrij zuinig op en we deden
geen gekke dingen.
In augustus 1914 brak de eerste wereld
oorlog uit, die duurde tot November 1918
en toen viel er wel wat te verdienen voor
iemand die een knap bedrijf had en ook
nog wel eenige jaren daarna.
In 1915 kwam de driehoek en het perceel
er naast te koop en dat kocht ik voor
2000 gulden per ha. en in 1917 kocht ik in
publieke verkoop de Stadsweid, het
grootste perceel tegen de prijs van
2800 gulden per ha en het volgend jaar
het perceel dat er tegenaan ligt, ruim
1 bunder tegen de delfde prijs. In 1920
kreeg ik bericht van mijn rentmeester dat
de eigenaar van de io'/2 bunder die ik nog
steeds in huur had, het land wat hij op
Tolke had, wilde verkoopen. Het was
inmiddels vererfd van 'zij' op een 'hij'.
10