I
I
f
:t gezin zag
Wereldoorlog
Mauts in Barsin-
ter ondergedo-
Jedurende de
imilieleden dus
«ladat de familie
1 het zich niet
woning vesti-
rdammers
in 1944 geheel
lemachtigen.
ij de familie
Na enige
n Alkmaar
as de familie
nilies van de
Woeg in de
e eerste Trom-
Ikmaar in Scha-
familie woon-
n de twintigste
de Pol"
wibertus Trom-
1 Schagen in het
in het Joodse
ien worden aan-
ijk aangezien
f. Simon Trom-
1 geboren. Hij
urgse Kerkrade.
tgvan de jaren
aan het Gul
hij door onder-
te overleven,
leeftijd kranten
Nederlands
■de Joden ont-
de de bezetting,
d gehuwden
ie, konden
egen.Zo ook
As en zijn
iecember 1942
aarna vestigden
tar zij eerder
vandaan kwamen. Aangezien beide lieden op
15 augustus 1940 in het huwelijk traden lijkt
het mogelijk te zijn dat Jacobus op die wijze
het leven poogde te redden van Esther.
Daarnaast werden na het bevel om te verhui
zen van Schagen naar het getto in Amsterdam
de huizen van J. de Jongh aan de Lagezijde
64B en het huis van A.M. van Gelder op een
onbekend adres in Schagen leeggeroofd door
de Nederlandse politie die handelde in
opdracht van de bezettingsautoriteiten. De
schamele eigendommen van De Jongh wer
den omschreven als zijnde 'wertlose Sachen'.
Hoe ironisch.
Naast deze gedeporteerden was er 'Zo ook de
legendarische 'Joden Jozef' uit Schagen. Na
een kleurrijk leven, Jozef had ondermeer een
baan als marskramer en werkte op de kermis,
woondeop zijn oude dag in het bejaarden
huis 'Avondrust' in Schagen. Zodra de Duit
sers in deze plaats kwamen, vorderden ze het
grote huis en brachten ze de bejaarden onder
in een pand aan de Loet. Hoewel Jozef de ver
huizing mocht meemaken, werd hij later als
nog weggevoerd naar een concentratiekamp.
Helaas behoorde Jozef tot degenen die na de
oorlog niet zouden terugkeren.''7 Wie Jozef
was blijft onduidelijk. Het boek maakt geen
melding van een achternaam of geboorte
datum.
Het Duitse werkkamp in 't Zand
In 1943 werd bij het dorpje 'tZand bij Schagen
een werkkamp gebouwd voor met niet-Joodse
partners gehuwde Joodse mannen. Deze
mannen moesten daar onder andere werk
zaamheden verrichten bij de opbouw van de
Atlantic Wall, de Duitse kustverdediging. Zij
bouwden onder andere bunkers, zetten palen
waaraan zeemijnen bevestigd werden, groe
ven tankgrachten en loopgraven. Overigens
verdienden de joodse arbeiders circa vijf gul
den per dag.
Het kamp lag naast de rijksweg richting Den
Helder. De Joodse mannen waren onderge
bracht in houten barakken. Deze onderko
mens stonden op palen, circa twintig centi
meter boven de grond. Er werd geslapen op
houten bedden. Hoewel het kamp niet was
ingesloten door prikkeldraadversperringen,
werd het weldegelijk bewaakt door Duitse
militairen. De militairen maakten deel uit van
een Russisch contingent in dienst van de
Wehrmacht. Onder de bevolking stonden zij
vanwege hun uiterlijk bekend als 'de mongo
len'.
In het kamp konden de bewoners vrij gaan en
staan. In het weekeinde konden zij hun vrouw
en kinderen ontvangen of voedselpakketten
in ontvangst nemen. Het bezoek kwam
meestal aan op het oude stationnetje bij
Oudesluis en ging vervolgens te voet aan op
het kamp.
De omgeving werd door de Joodse arbeiders
opgevrolijkt doordat zich onder hen leden
bevonden van het Amsterdamse Concertge
bouworkest bevonden. Zij oefenden regelma
tig op hun instrumenten in een oud café in de
omgeving of bij mensen thuis.
Na Dolle Dinsdag (september 1944) vluchtten
de bewakers van het kamp. Duitse soldaten en
Nederlandse Nazi's vluchtten toen massaal
naar Duitsland omdat het gerucht was ver
spreid dat de geallieerden Nederland ieder
moment konden veroveren. Burgers uit
't Zand namen het toezicht over het kamp over
nadat zij daartoe waren aangewezen door de
burgemeester van Zijpe.'8
;|GAA Archief Permanente
Commissie tot de Algemene
Zaken van het Nederlands
Israëlitisch Kerkgenootschap
1407, Archief van de Nederlands
Israëlitische Gemeente Den
Helder no. 487. Brief van het
kerkbestuur van de joodse
gemeente in Den Helder aan de
Amsterdamse Hoofdsynagoge
van 22 juli 1856 no. 36
"GAA Archief Permanente
Commissie tot de Algemene
Zaken van het Nederlands
Israëlitisch Kerkgenootschap
1407, Archief van de Nederlands
Israëlitische Gemeente Den
Helder no. 487. Brief van het
kerkbestuur van de Joodse
gemeente in Den Helder aan de
Amsterdamse leden van de
Hoofdcommissie van 16 februari
1858 no. 4
"ARA 2.07.01.05 no. 369 Verbaal
van het Verhandelde ter Alge-
meene Vergadering der Hoofd
commissie tot de Zaken der
Israëlieten van 27 juni 1858 no. 7
"ARA 2.07.01.05 no. 396
"ARA 2.07.01.05 no. 246/ 246
Rapport van S.E. Nijkerk en M.M.
Godefroi, Amsterdamse leden
van de Hoofdcommissie ten
behoeve van de Algemene
Vergadering van de
Hoofdcommissie opgemaakt
over de situatie binnen de Ring
Den Helder, d.d. 17 februari 1860
no. 1787
"ARA 2.07.01.05 no. 248/ 733
Brief van de Minister van Ere
diensten prof. Dr. J. Bosscha aan
de Israëlieten te Schagen van
14 juli 1860 no. 8
"Kila, Marsdiep, 21
GAA Archief Permanente Com
missie tot de Algemene Zaken
van het Nederlands Israëlitisch
Kerkgenootschap, Archief van de
Nederlands Israëlitische
Gemeente Den Helder Brief van
het kerkbestuur in Den Helder
aan de Hoofdsynagoge in
Amsterdam van 22 april 1856
no. 12
"J. Presser, Ondergang. De vervol
ging en verdelging van het
Nederlandse jodendom 1940-
1945. Deel 1 ('s-Gravenhage
1965) 206
N.-J. Grooff, 'Joods leed in Scha
gen en omgeving in de jaren
1940-1945,' in: Kakelepost 13
no. 2 (Schagen mei 1998) 3-6
'N.-J Grooff,'De familie de Vries
(slot),' in: Kakelepost 13 no. 4
(Schagen oktober 1998) 5-7
RJ.M. v.d. Pol, 'De joodse familie
Trompetter,' in: Kakelepost 9 no 5
(Schagen november 1994) 8,18
Nederlands Instituut voor
Oorlogsdocumentatie, Archief
S.S. Einsatzstab Rosenberg 93a-
35a Schagen
"I. Kooij en N.-J. Grooff, Schagen
en omstreken van mobilisatie tot
verzet (Schagen 1993) 48
'NJ. Grooff, 'Het Duitse werk
kamp voor joden in 't Zand (NH),'
in: De Kakelepost 7 no. 2
(Schagen april 1992) 14-16
15