laatst van het druivennat. Heel laat zaten we nog te plukken en te rapen en
veel moest worden opgeruimd, maar nog enige dagen hebben onze zieken,
alsook de zusters van deze goede trossen kunnen genieten. De zieken
vroegen telkens waar die druiven toch vandaan kwamen maar het antwoord
was. van een goede weldoener. Zulke stille gevers mogen er nog wel eens
komen!
De laatste maanden
Reeds lange tijd hadden we van onze goede mensen al bericht ontvangen
met het verzoek om weer naar ons pension terug te mogen komen, maar nog
steeds bericht terug, als de ergste koude voorbij is en ons noodziekenhuis
weer uitgeruimd wordt. Want ook de kamers in ons huis waren gedeeltelijk
bezet met zieke mensen. Wel waren onze oude van dagen in de andere
huizen goed verzorgd, daar konden we wel gerust op zijn. maar Schagen was
toch hun eigenlijke tehuis, "t Was dus begrijpelijk en de terugtocht duurde
voor menigeen veel te
lang, "t was ook al
anderhalfjaar geworden.
Daar de bezigheden te
druk werden, had moe
der naar Amsterdam
(huize St. Jacob) ge
schreven of zuster Ber-
tina daar niet gemist kon
worden, en ja, dat werd
goedgekeurd en zo spoe
dig mogelijk kwam de
zuster met een vracht
auto (die onderweg nog
tweemaal werd door
zocht door de mof) Schagen binnen. Een andere reisgelegenheid bestond er
niet in die tijd. Of het voor haar eerwaarde een gebedsverhoring was dat ze
naar Schagen mocht kan men indenken. Ook wij waren allen blij en zuster
was dus van harte welkom. De toestanden, wat de levensmiddelen betreft
was nog steeds hopeloos, vandaar dat er telkens bericht binnen kwam, dat er
iemand van onze pensionmensen bediend of overleden was. Het tekort aan
voedsel, vooral de vetgehalten, en het weinige eten. waarmee ze op hun
bonnetjes waren aangewezen is wel in hoofdzaak de schuld dat elf mensen
zijn gaan hemelen. R.l.P.
Ze mochten het vredesfeest hier niet beleven. Geve de goede god dat zij nu
het feest onzer bevrijding in de hemel v ieren.
Bij gebrek aan benzine werd
de lijkauto door een paard
getrokken.
Eindelijk bevrijd
\a en v ijtjarige bezetting van ons land kwam op 5 mei 1945 de lieve vrede.
Maria onze goede hemelse moeder had eindelijk ons gebed verhoord. Het
werd een blijde meimaand, alle narigheid en ellende werd opzij gezet en nam
plaats voor vreugde en geluk. We waren onder het juk vandaan en men kon
weer vrij adem halen. Dat was een onvergetelijke morgen, ook voor ons
noodziekenhuis een grote verlichting. Het was een geroep en gejuich "We
hebben vrede". De vlaggen werden uitgestoken en ook van ons klooster
wapperde de driekleur ten teken van de overwinning, maar ook een Te Deum
uit dankbaarheid dat wij er goed waren afgekomen. Ja duizenden en nog
eens duizenden zware bommenwerpers passeerden over ons heen. O.L. Heer
heeft ons boven zo vele andere Hollanders gespaard. De gevolgen van de
ontploffingen der munitietreinen waren zeker ernstig maar het is feitelijk nog
10
De kakelepost, december 1999