Hoorn tijdens de inval van 1799
Het journaal van Mr. Commandeur
Albert Jansz. Kaan uit de Wieringerwaard was niet de enige die tijdens de
inval van de Engelse en Russische troepen een uitvoerig dagboek bij hield'.
Mr. Commandeur, die in Hoorn verbleef, noteerde uitvoerig de
gebeurtenissen die daar plaatsvonden. Het geschrift dat in particulier bezit is
volgt hier integraal.
Op den 27 Aug. 1799 Zijn de Engelsche en Russen tussen Calandsoog en
Petten geland waar van wij te Hoorn in den namiddag de teijding bekwamen
door het inbrengen der gekwetsten militaren en vlugtende vrouwe en
kinderen. En van dien dag tot op den 17 Sept. dan deese en dan geene
teijdinge ontfingen.
De stad bereidt zich voor
Intussen wierd er door de burgerschutters bij dag en nagt de wagt gehouden
en al het canon van de stadswalle na elders vervoerd als meede alle vooraat
van aminutie uijt slands arsenalen. En de gelden uijt slands comtooren soo
dat de stadt Hoorn van alles was ontledigt wat eenigsins tot fafuur der
Engelsche soude kunnen dienen. Gelijk sij dan ook hebben ondervonden bij
hunne aankomst in de stadt.
Het was dan op den 17 sept. des smorgens om 11 uren dat er een patroelie
Engelsche hoesaren haar voor de Noorderpoort lieten zien dog als het
waaren door de wagt doende burgers wierde teruggehouden en vertrokken
nadat zij eenige schooten met kleijn geweer gegeven hadden. Vervolgens
werd op dit oogenblik door order van den commadant der burger schutterij
alarm geslagen door de stadt waar op de gansche gewapende burgerwagt
haar op de gestelde loopplaasen begaffe en vervolgens de wagter aan
stadspoorten verdubbeld zijnde. Dan des savonds werde die burgers weeder
bedankt met die versoeke als dat sij des anderdags smorgens om 3 uren haar
weeder te laaten vinden in de Doelens gelijk dan ook geschieden. Dog om 11
uren, alsoo men geen onraad ontdekten door haare capiteijnen van ider
hunner compagni werden bedankt en te gelijk versogt om bij de eerste
oproeping als dan haar weeder te laaten vinden op de gestelde loopplaatsen.
Verder soo viel er die dag niets meer voor dan des savonds werd er aan het
grooste gedeelte de burgers schutters door de wagtbode aangesijt om de
anderdags smorgens ten 4 uren sig weder te laaten vinden in de Schutters
Doelen.
De bezetting
Dan deese morgen van den 19 septemb. was het dat de Engelsche en Russen
ten getallen van 8000 a 9000 in naam van de Prins van Oranje de stadt op
eijsten en alsoo er geen defencie konden gedaan worden ook deselven met
1000 man introk terwijl de overige sig in het dorp Zwaag en op Keeren haar
onthielden.
De stadt in getrokken zijnde en aldaar de wagt doende burgers ontwapent
1 J.T. Bremer, Heren, boeren en knechten, Schoorl 1989 p 129-138.
6
De Kakelepost, oktober 1999