Was het rijkdom of armoede?
De heerlijkheid Schagen als onderpand.
8
Door Fred Timmer
Adellijk leven was duur en het was soms een hele kunst om het hoofd boven
water te houden, - al zou je datlaatste niet direct vermoeden. Vooral in de
zeventiende en achttiende eeuw raakten nogal wat edelen van naam in de
financiële problemen. Velen van hen waren tenslotte genoodzaakt landerijen of
zelfs een hele heerlijkheid te verkopen. Datlaatste overkwam ook Willem van
Beijeren van Schagen in 1651. Zijn schulden waren zo hoog opgelopen - er
wordt een bedrag van bijna 400.000 guldens genoemd! - dat er maar een
oplossing was: verkoop van de heerlijkheid Schagen en andere leengoederen.
Hoe het zover kon komen, weten we niet. We
hebben absoluut geen enkel inzicht in de
financiële handel en wandel van heer Willem. De
heerlijkheidsrekeningen over deze periode
ontbreken in het heerlijkheidsarchief en
bovendien had Willem van Beijeren van
Schagen behalve de heerlijkheid nog meer
bezittingen. We hebben echter wel een algemeen
beeld.
Meestal bestond het vermogen van de Hollandse
edelen uit land dat zij in eigendom of in erfelijk
leen van de vorst hadden. De inkomsten kwamen
dan ook uit de landpachten. Daarbij kwamen de
huishuren en tenslotte de inkomsten uit tienden
en andere heerlijke rechten.
De pachtovereenkomsten waren meestal
langlopende overeenkomsten die dus geen
gelijke tred hielden met de stijgende kosten van
levensonderhoud.
De tienden gaven daarentegen een sterk
wisselende opbrengst omdat ze afhankelijk
waren van de oogstresultaten.
Door deze situatie had een edelman zeer weinig
mogelijkheden om de opbrengsten uit zijn
grondgebied in zijn voordeel te beïnvloeden.
Voor de heerlijkheid Schagen lag de situatie nog
problematischer. De heren van Schagen hadden
in hun rechtsgebied relatief weinig land in
eigendom. De tienden en andere heerlijke
rechten vormden zo'n 60% van de inkomsten,
terwijl de landpachten en huishuren samen
slechts 20% van de inkomsten uitmaakten. Daardoor waren de heren van
Schagen voor hun inkomsten voor zover het de heerlijkheid Schagen betrof
sterk afhankelijk van de oogst en dergelijke. Een uiterst wankele basis dus.
De oostelijke slottoren
getekend door Henny
Kagie
De Kakelepost, maart 1999