De vis als aandenken in de kerk
Vermoedelijk was het deze vis, die na geprepareerd te zijn, in de kerk werd
opgehangen uit dankbaarheid aan God die zulke bijzondere vissen had
geschapen om de mensen tot voedsel te dienen.
Dat er een kabeljauw in de kerk hing weten we uit de legger van de graven die
aan het begin van de achttiende eeuw werd gemaakt.
Omstreeks het jaar 1710 kreeg de secretaris van Schagen de opdracht om een
nieuw overzicht te maken van de graven in de kerk. In deze z.g. "Legger van
de begraafplaatsen in de kercke van Scagen" werd aangetekend aan wie de
graven in de kerk toebehoorden. Deze graven werden namelijk verkocht aan
de burgers die daar een flink bedrag voor over hadden. De rechten op het eigen
graf bleven in de familie en werden doorvererfd aan de nabestaanden. De
boekhouding van de graven was in handen van de secretaris. Deze hield dus
bij wie recht op het desbetreffende graf had, maar niet wie er begraven was.
Dat werd bijgehouden in begraafboeken, die helaas verloren zijn gegaan.
De nieuwe legger werd gemaakt aan de hand van een oude legger uit 1649.
Hoewel de meeste graven standaard afmetingen hadden, en de kerkvloer
overzichtelijk ingedeeld was bleven nadere aanduidingen voor de juiste plaats
van de graven noodzakelijk. Hierdoor weten we iets meer over de inrichting
van de kerk, waar de preekstoel stond, de trappen waren en ongeveer waar het
scheepje en de kabeljauw hingen.
Bijzondere voorwerpen in de kerk
Hoewel de protestantse kerken sober ingericht waren, was het niet
ongebruikelijk om het interieur te voorzien van tekenen van herinnering en
dankbaarheid. Zo was het een oude traditie om vaandels en andere, op de
vijand buitgemaakte voorwerpen, na afloop van de slag in de kerk op te
hangen als teken van dankbaarheid voor Gods bijstand - die wellicht tevoren
in diezelfde kerk was afgesmeekt - en ter herinnering voor komende
geslachten.
Het waren niet uitsluitend bovenstaande oorlogsherinneringen die een plaatje
vonden in de kerk maar ook bijzonder voorwerpen uit verre landen werden in
de kerk geplaatst. Zo hing in een enkele kerk een Eskimo-kano of een
walviskaak. De herkomst van deze voorwerpen is niet bekend. Het is mogelijk
dat zo'n kano is aangespoeld en als curiosum aan de kerk geschonken.
Denkbaar is ook, dat iemand het voorwerp heeft meegebracht van een
bijzonder reis. In Vlaanderen; in Frankrijk en in Spanje zijn gevallen bekend
van een in de kerk ten toon gehangen opgezette krokodil. Een vergelijkbaar
voorbeeld dus! Het zal niet de bedoeling van de reiziger of de zeeman zijn
geweest van de kerk een rariteitenkabinet te maken, eerder wilde hij zijn
dankbaarheid uiten voor zijn behouden thuiskomst.
De kabeljauw zal dus in de kerk zijn opgehangen uit dankbaarheid voor dit
geschenk uit zee.
Hoelang de kabeljauw in de kerk aanwezig was is niet bekend. In latere
stukken wordt hij niet meer genoemd. Vemoedelijk is hij vergaan en
aangevreten door insecten. De koster zal hem op een dag wel weggegooid
hebben.
Het scheepje
Een scheepje in de kerk kan een voorwerp zijn dat daar werd opgehangen door
een schipper of een visser, uit dankbaarheid voor een voorspoedige reis of
voor zegen in zaken, maar dit hoeft niet. Naar de betekenis van de plaatsing
van scheepsmodellen in kerken is onderzoek gedaan. Het betreft een bij vele
zeevarende naties gesignaleerd gebruik, dat in ons land ook al voor de
10