Van secretaris Pieter Beeck krijgt bode Cornelis Wijck schriftelijk opdracht
om naar Jan de Geus te gaan en hem uit naam van de vroedschap te vertellen
dat hij zes weken geschorst is zonder doorbetaling van salaris. Dat hij zich
gedurende de schorsingsperiode netjes moet gedragen en in geen geval zijn
vervanger mag beletten diens werk te doen. En, indien dat nodig blijkt, de
vervanger moet helpen bij diens werkzaamheden. Ook zal de bode de
sleutels van de school en de kerk in ontvangst moeten nemen.
£>«><- IMjl. Icctiuu (wt -btiuje.
c/6 f/»v
flenst* ca ^c^rrt^Lkr te bhz
JIczl^ca U CA (X)<U=- 6rj Om.
Öcmr '314# f tlrcTi) ^t^Spau)tiXk=r- Üovr "^W^jïy^b: Lnn^jjS^ itxicfn
l/xc c/& c*_ foccjuLitr,
tr W WÖJ cc Uac jW.
~öc IAc mjt 6ua£/_ÖC4. gtöt/yQkO
CC Mc^nkSbiujk+jlU. (WLJt XAX 6c/o^
tiA k YKOO, \dj^ l(j 'L. k^nrbt_ JXu 6ui^^<u InnnriTöay-.
h, (?c|can ^cX c*-
üct Irc^W W^f-, CMtr(P
OfWtt
- I I,--"■•
Cornelis Wijck doet zijn vervelende boodschap.
Op de achterzijde van het opdrachtbriefje bevestigt hij dat hij de opdracht de
zelfde dag nog heeft uitgevoerd. Jan de Geus had te kennen gegeven dat hij
wel vrede had met de straf en leverde zonder verder commentaar de sleutel
van de school en die van het orgel in.
Na een maand blijkt Jan de Geus zijn leven nog steeds niet gebeterd te
hebben. De vroedschap besluit dan om hem nogmaals zes weken te schorsen.
Op 28 december concludeert de vroedschap dat het beter gaat en wordt de
schorsing opgeheven. Of hij toen helemaal genezen was van zijn
alcoholprobleem valt te betwijfelen maar hij wist kennelijk zijn gedrag
voldoende in de hand te houden om volledig ontslag te voorkomen.
Opdracht aan de bode om
Jan Geus te vertellen dat hij
geschorst is.
De transcriptie staat op pag. 9
in bijlage 2.
4