11
''Mi»,
In koffiehuis Vredelust, nu
Igesz, kwamen de schuld- Op 23 augustus 1841 was men zover en werd er in koffiehuis Vredelust een
eisers bijeen. samenkomst belegd met de schuldeisers.
Hier bleek dat er voor de schuldeisers ƒ2116,53 beschikbaar te zijn. Het was
het totaal van de opbrengst van de boedel, de verkoop van twee stukken land
uit de erfenis van Aagjes moeder en een gedeelte van het geld dat de
overledene nog te vorderen had. De boedel was door Aagje teruggekocht
voor een bedrag dat ƒ100,- hoger was dan de getaxeerde waarde. Zij had
dus haar kleding en sierraden terug zodat zij zich met kap en dek kon
vertonen. Uit de erfenis van haar overleden moeder bleef voor de
schuldafdoening 1352,97 over. Hiervoor waren twee stukken land geveild,
die door haar vader werden gekocht. Van Klaas Kweldam en Isaac de Vries,
slagers in Schagen, was respectievelijk 145 en 250 gulden ontvangen en van
Wielink en Frits (zonder nadere aanduiding) samen ƒ398,50. Het regelen van
de nalatenschap kostte veel geld, vooral de kosten voor de notaris en de
bewindvoerders hakten erin. Notaris Sloos declareerde 600 gulden voor zijn
werkzaamheden, de bewindvoerders 200 gulden. Verder waren er kosten
voor gerechtelijke acten, de verteringen in het koffiehuis (ƒ50,--) en de
Abraham de Leeuw, Den Helder aan het Nieuwe
Diep
110,00
Wiljouw, Den Helder
236,00
Christiaan Mulder, Amsterdam
139,00
Bock, Amsterdam
133,00
Johannes de Beurs, Schagen
85,00
Jantje, Amsterdam
66,00
Isaac de Vries, Schagen
235,00
Jan Deus, Den Helder
291,00
Wijs, Den Helder
141,17
Dirk Prins, Den Helder
1300,00
Totaal
2736,17
Tegoeden van Cornelis de Jongh
