m
9
De inventarisatie werd verricht volgens het indertijd toegepaste vaste
patroon. In elk vertrek zou een overzicht gemaakt worden van het daar
aanwezige meubilair, huisraad kleding en andere bezittingen van de
overledene. Daarna zou een overzicht volgen van de bezittingen in de schuur
of stal gevolgd door een overzicht van sierraden en ander kostbaarheden. Als
laatste telde men het aanwezige geld en werden eventuele eigendoms- en
schuldbewijzen genoteerd.
In de kanier
In het enige vertrek dat door het echtpaar De Jong werd bewoond, de
bovenkamer met uitzicht op de gracht, bevonden zich goederen en huisraad
die door Deurwaarder Numan werden gewaardeerd.
een latafel gewaardeerd op
5,00
een dagelijkse rok, broek en vest
4,00
een schilderij
1,50
twee paar laarzen
5,00
een kast
2,00
een merino kleedje
5,00
met daarin:
vier hemden
1,50
een zwarte rok, broek en vest
30,00
vier broeken
1,00
een grijze broek
4,50
vier borstrokken
1,50
een groene rok
8,00
vier overhemden
2,00
een duffelse jas
7,00
vier vrouwenhemden
1,50
een laken vest
2,50
vier vrouwenbroeken
i.oo
een zijden doek
0,75
vier vrouwenborstrokken
1,20
een manshoed
3,00
een vrouwenhoed
3,00
een kerkboek
1,50
vier vrouwenrokken
1,50
een paar kousen
0,25
zes paar kousen
1,60
een duffelse jas
7,00
totaal
102,50
Geschatte waarde van de huisraad en kleding in de kamer van het echtpaar De Jongh-Daleman
In de stal
In een stal stonden een kar van f70,—, een paard van ƒ150,—, twaalf
schapen en een lam met een waarde van 130,- en hing een paardentuig dat
nog ƒ15,— waard was.