M?i'^c/ru:ulturclLab(7uraac 16 Mond- en klauwzeer heerste in 1911 eveneens in zeer sterke mate. De resultaten die de Schager veehouders dat jaar behaalden waren verre van bevredigend. Gelukkig had de zeer droge zomer geen nadelige invloed op het grasgewas. Toch bleven de gevolgen van de ziekte het hele jaar merkbaar, waardoor de toestand van de veestapel minder gunstig was dan andere jaren. Dit deed zich ook voor in 1927, toen monden klauwzeer algemeen voorkwam. De ziekte was niet kwaadaardig, maar berokkende de veehouders toch belangrijke schade. De volgende jaren kwam mond- en klauwzeer eveneens in meer of mindere mate voor. Het verspreiden van besmettelijke veeziektes kon soms alleen worden voorkomen door een groot deel van het vee of zelfs de hele veestapel te slachten. Dit was een regelrechte ramp voor de betrokken boeren, zowel financieel als emotioneel. Alles wat ze hadden opgebouwd waren ze in een keer kwijt. Het kwam regelmatig voor dat boeren zo een paar keer achter elkaar hun vee verloren. Na de drie grote veepestgolven in de achttiende eeuw werd in 1798 het Veefonds opgericht, een collectieve verzekering die de boeren in dergelijke gevallen schadeloos stelde.3 Illustratie uit de Encyclopedie van Diderot. Deze uitgave was van grote betekenis voor de verbreiding van de moderne denkbeelden en uitvindingen van de achttiende eeuw Franse verlichters streefden toen al naar verwetenschap pelijking van de landbouw

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kakelepost - Schagen | 1996 | | pagina 18